Volgens het vredesakkoord van Dayton bestaat Bosnië–Herzegovina uit twee entiteiten met verregaande autonomie, Republika Srpska en de moslim–Kroatische federatie. Die hebben eigen politiekorpsen. De Bosnisch–Servische politie is geregeld verweten de arrestatie van verdachten van oorlogsmisdaden te dwarsbomen. Het is de bedoeling dat de twee politiekorpsen nu beginnen aan een samensmeltingsproces. De hervorming zet eerste stappen om de politiekorpsen van de entiteiten door het centrale gezag te laten coördineren.Radovan Karadzic, president van de Bosnische Serven tijdens de oorlog (1992/95), werd in 1995 aangeklaagd door het Joegoslavië–Tribunaal in Den Haag. In de eerste jaren na de oorlog leefde hij openlijk in Republika Srpska zonder dat de Bosnisch–Servische politie aanstalten maakte om hem te arresteren.

Hetzelfde geldt overigens voor de massaal aanwezige internationale troepenmacht in Bosnië. Oud–hoofdaanklaagster Carla Del Ponte van het tribunaal uit in haar deze week gepresenteerde memoires openlijk twijfel aan de politieke wil in westerse hoofdsteden om figuren als Karadzic en zijn legerleider Mladic op te laten pakken. De Zwitserse regering dwarsboomt pogingen van Del Ponte om haar boek te promoten. Zij is momenteel in overheidsdienst van het eedgenootschap, als ambassadeur in Argentinië.

Jaarlijks wordt op 11 juli in Potocari vlakbij Srebrenica de volkenmoord op duizenden moslimmannen – en jongens in 1995 herdacht. De tienduizenden nabestaanden die elk jaar naar de herdenking komen, zijn voor hun bescherming nu nog aangewezen op het Servische politiekorps in Republika Srpska.

Het lagerhuis van het parlement in Sarajevo stemde donderdagavond met 22 tegen 19 stemmen in met de politiehervorming. Het hogerhuis moet er nog mee instemmen. Dat wordt in de Bosnische hoofdstad als een formaliteit beschouwd.