Kerk & religie

Briefwisseling over Israëldebat

In de aanloop naar de vergadering van de generale synode van de Protestantse Kerk op donderdag 10 april, waar gesproken wordt over de verhouding van de kerk met Israël, voeren ds. H. Veldhuis, predikant in Culemborg, en ds. G. H. Abma, predikant in Gouda, een briefwisseling over dit thema.

28 March 2008 09:28Gewijzigd op 14 November 2020 05:40

Van: ds. G. H. Abma, GoudaAan: ds. H. Veldhuis, Culemborg

Onderwerp: Israëldebat Protestantse Kerk in Nederland

Beste collega Veldhuis,

Bloedserieus was mijn vraag: „Bent u geen vervangingstheoloog?” Er volgde geen duidelijk antwoord. Inmiddels ben ik daar wel achter gekomen. Schokkend is het. De eerlijkheid gebiedt namelijk te zeggen dat dit het geval is. Laat ik het nader toelichten.

Hartverwarmend te lezen: „Van harte ben ik het met u eens dat Gods liefde en beloften voor héél het volk van kracht blijven.” Maar zoals helaas wel meer bij ons als dominees voorkomt: wat eerst met stelligheid beweerd wordt, wordt enkele regels later weer ingetrokken. Het houdt volgens u op als de gelovige respons ontbreekt. Volgens mij moet alle accent vallen op het feit dat God „Zijn tróúw aan Israël nooit gekrenkt heeft” (Psalm 98). Als het volk tekortschiet in de gehoorzaamheid aan het verbond, is het niet over en voorbij. In die ernstige situatie klinkt in de Bijbelse context de profetische oproep tot bekering. Deze taak behoeven wij niet arrogant te vervullen. We kunnen dat toch wel over laten aan de rabbijnen?

Ooit sloot God een verbond met Israël als etnische entiteit. Voor de kerk is het fundamenteel te erkennen dat God ondanks alles het plan met Zijn vólk zal voltooien. Wie daaraan tornt -zoals u doet- geeft er blijk van in het garen van de vervangingstheologie verstrikt te zijn. U beweert immers dat God alleen een relatie heeft met de gelovigen die beantwoorden aan de eis van het verbond.

Op grond van wat u „de hele Paulus” noemt kom ik tot de slotsom dat de vervangingstheologie verwerpelijk is. U stelt dat men vaak de kritische onderscheidingen van Paulus ten aanzien van Israël negeert. Ik denk dat u die niet goed interpreteert. Wat betekent bijvoorbeeld dat „niet alles Israël is, wat Israël heet?” In Romeinen 9 wil de apostel de lijn van de verkiezing aangeven. Eén volk is speciaal door God uitverkoren. Dit is geen vorm van discriminatie, want in de nakomelingen van Abraham wil God alle volken zegenen.

U vraagt aandacht voor het volkenrecht. Daar kan ik kort over zijn. Gelukkig dat er dankzij de goedheid van God zo’n rechtsbestel is. Toch struikelt het recht vaak op de straat. Dan geldt dat we God meer gehoorzaam moeten zijn dan de mensen.

Als kerk moeten we geen politieke oordelen vellen. Onze eerste roeping is te attenderen op de religieuze dimensie van de problemen in het Midden-Oosten. Het bevreemdt mij dat u geen enkele aandacht besteedt aan de rol van de islam. Dan komt het aangrijpend lijden van de Palestijnen in een heel ander licht te staan!

Heel de wereld heeft kritiek op Israël. Waarom dit bij Christenen voor Israël niet de sterkste kant is? Daar leeft het besef dat we niet allereerst geroepen zijn om te kritiseren, maar veeleer om te troosten. Als wij dat niet doen, wie doet het dan wel?

Over kritiek geven gesproken. U associeert zich helemaal met Sabeel. Hoe komt het bij u over als directeur Naim Ateek het Israëlische optreden vergelijkt met dat van de nazi’s?

Jammer dat de toegemeten ruimte vol is. Beiden moeten we vragen laten liggen. Maar goed, we zijn nog niet klaar met de correspondentie.

Ds. G. H. Abma

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer