„Geen alternatief voor aanhouding Mladic en Karadzic”
„Er is geen alternatief voor de aanhouding van de vier overblijvende verdachten” van oorlogsmisdaden waarnaar het Joegoslaviëtribunaal nog op zoek is, zoals Karadzic en Mladic. Dit zegt Serge Brammertz, sinds 1 januari hoofdaanklager van het Joegoslaviëtribunaal, in een exclusief interview met het ANP.
Het tribunaal draait nu op volle toeren, maar moet op termijn sluiten: van de VN-Veiligheidsraad zouden de processen in eerste aanleg dit jaar moeten worden afgerond (wat niet zal lukken) en de beroepszaken in 2010. Brammertz vindt het belangrijk dat Karadzic, Mladic en anderen die niet meewerken aan hun arrestatie, niet kunnen denken: „Twee jaar wachten en dan is het gedaan.” Hij vindt het „bijzonder belangrijk” ertoe bij te dragen dat er ook na de sluiting van het tribunaal „overblijvende mechanismes” zijn, zodat Karadzic en Mladic alsnog kunnen worden berecht als zij dan pas zouden worden opgepakt.De Duitstalige Belg draagt de boodschap dat er geen alternatief is voor berechting van Karadzic en Mladic, „iedere dag” uit in contacten met vertegenwoordigers van de internationale gemeenschap. Deze week heeft Brammertz (46) een eerste kennismakingsronde met de voor hem relevante hoofdrolspelers op de Balkan afgerond, door voor het eerst de Servische minister Rasim Ljajic te ontmoeten, die gaat over de samenwerking van Belgrado met het tribunaal.
Ook heeft Brammertz „natuurlijk slachtofferorganisaties ontmoet”: in Bosnië heeft hij onder meer met de Moeders van Srebrenica gesproken, een vereniging van nabestaanden van de volkenmoord in 1995. De Nederlandse VN-militairen van Dutchbat konden de dood van 7000 tot 8000 Bosnische moslims toen niet voorkomen. De Bosnisch-Servische legerleider Mladic en zijn politieke baas Karadzic aangeklaagd als hoofdverdachten voor de genocide, zijn al jaren voortvluchtig.
Brammertz toont zich onder de indruk van de ontmoeting met de Moeders van Srebrenica. „Met deze mensen spreken maakt je bewust waarom dit tribunaal bestaat en waarom je dit werk doet. Deze vrouwen staan symbool voor alle slachtoffers in de regio.”
Het Joegoslaviëtribunaal heeft geen eigen politiemacht en is voor arrestaties afhankelijk van de steun van VN-lidstaten en internationale organisaties. Brammertz zal VN-lidstaten blijven wijzen op de verplichting tot samenwerking met het tribunaal en daarover rapporteren naar het VN-hoofdkwartier in New York. Dat ziet hij als een „technisch mandaat.” De magistraat lijkt minder geneigd zich te laten verleiden tot politiek getinte uitspraken, zoals zijn voorgangster Carla Del Ponte regelmatig deed.