Buitenland

„Strijdkrachten gaven opdracht tot plunderingen”

De top van de Joegoslavische strijdkrachten gaf in de oorlog tegen Kroatië opdracht tot plunderingen in het gebied rond de havenstad Dubrovnik. Dat bleek woensdag tijdens het proces voor het Joegoslavië-Tribunaal tegen de voormalige Servische en Joegoslavische president Milosevic.

ANP
9 October 2002 14:29Gewijzigd op 13 November 2020 23:51

De aanklagers toonden bij hun ondervraging van getuige Nikola Samardzic, de voormalige minister van Buitenlandse Zaken van Montenegro, een schriftelijk bevel uit december 1991 van admiraal Jokic waarin de plunderingen werden bevolen. Niet alleen moesten militairen materialen in beslag nemen, maar ook de opslag en de bewaking van die goederen stonden duidelijk beschreven. De getuige verklaarde geplunderde goederen met zijn eigen ogen te hebben gezien.

Eerder al plunderden eenheden en individuen in het gebied rond Dubrovnik, „maar daarvoor was geen opdracht of schriftelijk bevel gegeven”. De verzamelcentra werden pas in december opgezet, aldus Samardzic. In de aanklacht tegen Milosevic hebben de aanklagers vier punten opgenomen wegens het onrechtmatig verwoesten van publieke en privé-bezittingen en plunderingen in en rond Dubrovnik.

Een direct verband tussen de verdachte en de plunderingen en andere misdaden die de revue passeerden leek de getuige vooralsnog niet te kunnen leggen. „Ik geloof niet dat politici direct betrokken waren maar ze hadden wel contacten met en rapporten van de strijdkrachten”, aldus Samardzic.

De oud-politicus verklaarde dat Milosevic als president van Servië achter de schermen wel alle touwtjes in handen had. „Hij was de man die de keuzes maakte”, aldus de getuige over het ’aanwijzen’ van een nieuwe president van Joegoslavië door de gedaagde.

Getuige en verdachte konden woensdag niet meer dan ruziën. Milosevic probeerde Samardzic af te schilderen als een dief en fraudeur die 400.000 dollar van zijn voormalige werkgever achterover gedrukt zou hebben. De getuige deed deze uitspraken van de gedaagde af als „een flagrante leugen”. Beschuldigingen van leugens vlogen over en weer.

Voorzittend rechter May maande de twee kemphanen hun rust te bewaren. „Laten we de temperatuur wat omlaag schroeven”, aldus de Brit.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer