Joesjtsjenko eist erkenning Holodomor
PRAAG (IPS) - De Oekraïense president Viktor Joesjtsjenko doet zijn uiterste best om de wereld te laten erkennen dat de hongersnood van 1932-1933 een genocide was. Volgens Rusland is de actie opportunistisch en politiek gemotiveerd.
De Oekraïense hongersnood blijft een heikel punt: historici, politici en burgers zijn het niet eens over het dodental, noch over de term die ervoor gebruikt mag worden. Was het een genocide, gepleegd door de sovjetautoriteiten? Westers georiënteerde politici proberen er de stemmen van de nationalisten mee te winnen, terwijl hun Russisch georiënteerde tegenstanders de zaak vooral negeren of relativeren.De Oekraïense hongersnood, bekend als Holodomor (hongerplaag), kostte volgens academische schattingen tussen de 2,6 en de 3,5 miljoen mensen het leven, al worden er in Oekraïne cijfers van 10 miljoen genoemd. Vier vijfde van hen waren etnische Oekraïners. Ook delen van Rusland en Kazachstan werden door hongersnood getroffen.
In 2006 stemde het parlement voor een resolutie die de hongersnood als genocide tegen het Oekraïense volk betitelde. Rusland heeft officieel zijn afkeur uitgesproken over de „opportunistische politiek-ideologische drijfveer” en ontkent de genocide. „Het beledigt de herinnering aan de slachtoffers die de hongersnood bij andere volken heeft geëist”, aldus het ministerie van Buitenlandse Zaken.
Sommige organisaties gaan wel heel ver. De ”Patriotten van Oekraïne” beweren zelfs dat twee derde van de geheime diensten van de Sovjet-Unie uit Joden bestond en eisen een financiële compensatie van zowel Rusland als Israël.
Joesjtsjenko houdt niet Rusland, maar Stalins communistische regime verantwoordelijk voor de daad. Hij heeft 2008 uitgeroepen als herdenkingsjaar met allerlei activiteiten, en hij heeft een wetsvoorstel ingediend dat ontkenning hiervan strafbaar stelt, net als de Holocaust, om de wereld te behoeden voor herhaling van een van beide gebeurtenissen.
„Dat is wel een politieke stellingname”, vindt Maria Falina, historica in Duitsland, „want de dood van Oekraïners was niet het uiteindelijke doel van de sovjets, zoals dat wel was voor de Joden en de nazi’s.”
Dat neemt niet weg dat de meeste wetenschappers tegenwoordig erkennen dat de ramp vooral aan mensen te wijten was en niet alleen aan de natuur. Ook de Amerikaanse regering heeft dat na officieel onderzoek geconcludeerd. Nadat Stalin de boeren eerst vrijwillig liet kiezen voor collectivisatie, dwong hij het al snel af toen de productie achterbleef. Ambtenaren en activisten werden naar Oekraïne gestuurd om het verzet te breken. Hele dorpen werden tegelijk beroofd van hun geld en hun werktuigen en tegen regio’s werden handelsboycots ingesteld. Toen vervolgens in 1931 ook nog droogte uitbrak, wierpen de autoriteiten barricades op om boeren het vluchten te beletten.
Nadat Moskou de hongersnood aanvankelijk ontkende, kwam de regering later wel met hulp, maar dat was te laat en te weinig.