Eis: 4 jaar cel na dood meisje Kootwijkerbroek
ARNHEM - Tegen de 25-jarige R. van de K. uit Kootwijkerbroek is gisteren voor de rechtbank in Arnhem vier jaar cel geëist wegens het veroorzaken van een ongeval waarbij een 14-jarig meisje uit zijn woonplaats om het leven kwam.
De man was op de avond van het ongeval dronken. Hij kan zich niets meer van het ongeval herinneren. Behalve gevangenisstraf eiste de officier van justitie ook een ontzegging van de rijbevoegdheid voor de duur van vijf jaar.Op 7 juli ging Van de K. ’s middags op zijn motor langs bij een vriend, waar hij een pilsje dronk. Samen bezochten ze vervolgens per auto een evenement in het nabijgelegen Stroe. Daar nam de man ook enkele biertjes tot zich. De avond werd afgesloten met een borrel in een kroeg in de buurt.
Volgens ooggetuigen besloot Van de K. rond elf uur „vrij plotseling” om naar huis te gaan. Onderweg naar huis reed hij de 14-jarige S. aan. De man stopte niet, maar reed door naar zijn woning in Kootwijkerbroek. „Ik weet niet meer wat er gebeurd is”, verklaarde hij gisteren. „Ik had het gevoel dat ik iemand had aangereden.”
De ouders van het meisje werden om halftwaalf ’s avonds opgeschrikt door een telefoontje. Hun 14-jarige dochter R. S., die samen met een vriendin op de fiets op weg naar huis was, was aangereden. „En daar lag ons gehavende, bebloede meisje dan. We konden niets meer doen. Ik kon haar alleen nog strelen”, aldus de vader van S. in een slachtofferverklaring die vrijdag bij de rechtbank in Arnhem werd voorgelezen.
Het meisje moet vrijwel direct na het ongeval zijn overleden. De oorzaak was zwaar hersenletsel, aldus een medisch rapport.
Van de K. bleef in de rechtszaal steeds maar herhalen dat hij zich niets meer van de nacht van het ongeval kan herinneren. „Waarschijnlijk doordat ik te veel had gedronken.” Te veel is in het geval van de man vier keer meer dan de maximaal toegestane hoeveelheid alcohol, aldus de officier van justitie. „Dit stelde de politie in de nacht van het ongeluk rond halfeen vast. Ten tijde van het ongeval moet het alcoholpercentage dus nog veel hoger zijn geweest”, zei hij.
Tijdens de rechtszaak kwam de vraag naar voren of het meisje zelf juist had gehandeld. Maar volgens getuigenverklaringen had de fietster geen alcohol op, brandde het lampje van haar fiets en reed ze op de strook die is bestemd voor fietsers. Technisch onderzoek wees uit dat de motorrijder 20 centimeter over de fietsstrook had gereden en dat hij geen seconde had afgeremd.
„We hebben het hier dus over de meest zware categorie van schuld. Roekeloos rijgedrag”, aldus de officier van justitie. „Als je alcohol op hebt, moet je weten dat je niet mag rijden.” De officier van justitie eist voor Van de K., die bekent en zelf van mening is dat hij „het maximale heeft verdiend”, een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van vier jaar.
Uitspraak 21 december.