De VROM-inspectie ging in de periode december vorig jaar tot oktober dit jaar langs bij de 25 politieregio’s. Zes ervan bleken geschikte opslagplaatsen te hebben. De overige regio’s hadden die niet of sloegen daar ook illegaal vuurwerk in op. Illegaal vuurwerk mag alleen tijdelijk veilig worden gesteld en moet worden aangemeld bij de Dienst Domeinen, die het binnen zes uur ophaalt.Volgens woordvoerder Egas van de Raad van Hoofdcommissarissen leidt het niet tot gevaarlijke situaties. Als het gaat om gerichte acties met grote partijen, wordt vooraf al geregeld dat het vuurwerk naar gespecialiseerde opslagplaatsen gaat. Als de politie kleine partijen in beslag neemt, bijvoorbeeld van kinderen op straat, en het korps niet over goede opslag beschikt, gaat men langs bij een naburig korps.

De VROM-inspectie heeft de politie er vorig jaar al op gewezen dat 16 van de 25 politieregio’s niet voldoen aan de veiligheidseisen. Volgens Egas is daarna een „inhaalslag” gemaakt. Bij een „handjevol” korpsen is nu het wachten op de benodigde vergunning voor een opslagplaats van vuurwerk.

Winkeliers in Nederland willen een verruiming van de regels voor de verkoop van vuurwerk. Volgens hen kan zo de toenemende illegale handel van vuurwerk de wind uit de zeilen worden genomen. Dat stelt de Raad Nederlandse Detailhandel (RND), de koepelorganisatie van werkgevers in de detailhandel, in een oproep aan het ministerie van VROM. Een woordvoerder van de raad bevestigde vrijdagmorgen een bericht hierover in De Telegraaf.

De winkeliers willen dat er direct na de kerstdagen extra verkoopdagen komen in plaats van de huidige drie (dit jaar vrijdag, zaterdag en maandag). Verder zou het aantal kilo’s vuurwerk dat een klant mag meenemen, omhoog moeten van 10 naar 25 kilo.

Bij de winkels zou het dan minder druk worden, waardoor de consument minder snel naar het buitenland (met name België) uitwijkt. Daar is de handel veel vrijer. De RND schat dat circa 15 procent van het vuurwerk in Nederland illegaal is. Een ander voordeel is volgens de raad dat de winkels minder hoeven op te slaan, wat goed is voor de veiligheid.

Het ministerie van VROM zegt dat er nu geen plannen zijn om de regels aan te passen. „Die zijn niet voor niets zo vastgesteld”, aldus een woordvoerder. „We zullen er op z’n vroegst volgend jaar weer eens over nadenken.”

Een zegsman van Consument en Veiligheid verwacht niet dat de gewenste ruimere regels tot meer ongevallen leiden. De meeste ongelukken (80 procent) gebeuren tijdens oudejaarsnacht en Nieuwjaarsdag. Wel vreest de organisatie dat door meer verkoopdagen de overlast ook eerder begint.

Vorig jaar werd in Nederland voor 55 miljoen euro aan vuurpijlen, rotjes en ander sier- en knalwerk verkocht. Dat was een record.