Buitenland

Toeristen weten Bethlehem langzamerhand weer te vinden

BETHLEHEM - Toeristen keren terug naar Bethlehem. De geboortestad verwacht met Kerst ongeveer 100.000 bezoekers. Maar wat de Palestijnse minister van Toerisme, dr. Khouloud Daibes, niet zint is de duur van het bezoek. „Toeristen komen maar voor een paar uur en gaan dan terug naar hotels in Israël, waar ze de nacht doorbrengen. Zo lopen wij heel wat inkomsten mis.”

Van onze correspondent
23 November 2007 10:15Gewijzigd op 14 November 2020 05:18
BETHLEHEM – De Palestijnse minister van Toerisme, dr. Khouloud Daibes: „Het is een van onze topprioriteiten de veiligheid te garanderen in de driehoek Jericho, Bethlehem en Oost Jeruzalem.” Foto Palestijnse ministerie van Toerisme
BETHLEHEM – De Palestijnse minister van Toerisme, dr. Khouloud Daibes: „Het is een van onze topprioriteiten de veiligheid te garanderen in de driehoek Jericho, Bethlehem en Oost Jeruzalem.” Foto Palestijnse ministerie van Toerisme

Tijdens de intifada daalde het aantal toeristen dat Israël en de Palestijnse gebieden bezocht drastisch. Nu echter vertonen de cijfers weer in een stijgende lijn. De toename is volgens minister Daibes te danken aan de positieve sfeer die er de afgelopen maanden in de Palestijnse gebieden heerst. In oktober gingen 90.000 bezoekers naar Bethlehem. Dat is bijna drie keer zo veel als in oktober vorig jaar. Daibes verwacht dat in december tegen de 100.000 toeristen en pelgrims het stadje zullen aandoen. De belangrijkste attractie daar is de Geboortekerk.Daibes, die in Duitsland een opleiding voor architect volgde en nu als bewindsvrouw in het noodkabinet van Mahmud Abbas dient, is niet onder de indruk van de getallen. De meeste toeristen logeren namelijk in Israëlische hotels en het bezoek aan Bethlehem wordt in de meeste gevallen zo kort mogelijk gehouden. „De meeste toeristen, pelgrims en andere bezoekers blijven maar twee uur om de kerk te bezoeken. Belangrijker is het aantal hotelovernachtingen in Bethlehem en andere steden.”

Voordat de Palestijnse intifada in 2000 uitbrak, was het toerisme goed voor 7 procent van het Bruto Nationaal Product van de Palestijnse Autoriteit en leverde het toerisme 12.000 banen. Het aantal bezoekers is nu nog maar de helft van het aantal in 2000.

Bethlehem telt 2000 hotelkamers. Toeristen kunnen daarnaast overnachten in gasthuizen. Ze zou graag zien dat iedere toerist minstens vier nachten in de geboortestad doorbrengt. „Ze kunnen dan van hier naar Israël reizen of ze kunnen de tijd verdelen tussen Israël en Palestina. Het idee is om een eerlijke verdeling te hebben van de inkomsten die voortvloeien uit het toerisme naar het Heilige Land. We kunnen het toerisme in Israël en Palestina niet van elkaar scheiden.”

Toeristen logeren niet in hotels in Bethlehem, ze stappen geen restaurant binnen en ze lopen de winkels voorbij. „De toeristen zouden moeten blijven, zien hoe de Palestijnen leven, met de plaatselijke bevolking in aanraking komen en kennismaken met hun levensstijl, architectuur en cultuur. Toename van het toerisme is voordelig voor beide partijen. Nu vloeit maar 2 procent van de inkomsten naar ons. Dat beschouwen we als oneerlijk.”

Het Nederlandse ministerie van Buitenlandse Zaken raadt het reizen naar de Palestijnse gebieden af en meldt een verhoogd risico slachtoffer te worden van geweld of ontvoeringen. Het Belgisch ministerie van Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking schrijft op zijn website dat er weinig problemen in Bethlehem en Jericho zijn. „Sedert begin 2004 werd geen enkel incident meer gemeld met groepen reizigers die Bethlehem bezoeken”, aldus de website. In Ramallah daarentegen zijn af en toe confrontaties tussen Palestijnse groepen en men moet voorzichtig zijn in Nablus, Tulkarem, Jenin en Hebron.

Daibes weet dat bezoekers bezorgd zijn over hun veiligheid, maar het is volgens haar „allemaal slechts een imagoprobleem.” Ze zegt dat er geen berichten zijn over aanslagen op toeristen, zelfs niet toen er een zeer moeilijke politieke situatie bestond. Het ministerie werkt er hard aan om het imago te verbeteren en de reisadviezen ongedaan te krijgen. Bovendien doet de Palestijnse regering haar best „alle uitingen van chaos in de straten” te verwijderen. „Wijzelf zijn er banger voor dan wie dan ook dat toeristen worden blootgesteld aan een onaangename ervaring. Het is een van onze topprioriteiten de veiligheid te verzekeren in de driehoek Jericho, Bethlehem en Oost-Jeruzalem. En we hopen dat spoedig uit te breiden naar andere gebieden.”

De belangrijkste attracties in de Palestijnse gebieden zijn de heilige plaatsen in Bethlehem en Hebron. Sebastia is een belangrijke archeologische plaats en in Nablus is bijzondere architectuur te vinden. Verder biedt de Westelijke Jordaanoever een rijke variatie aan landschap en natuur.

Israëli’s zijn in de afgelopen jaren tientallen keren aangevallen door Palestijnse zelfmoordterroristen. Om de veiligheid te vergroten, legde het land militaire controleposten aan op de Westelijke Jordaanoever. Toeristen die Bethlehem willen bezoeken, passeren meestal de checkpoint bij het ”Graf van Rachel” tussen Jeruzalem en Bethlehem. Bovendien kronkelt tussen de twee steden de muur. Israëli’s mogen de Palestijnse gebieden niet in en Palestijnen mogen niet naar Israël, tenzij ze speciale toestemming hebben.

Daibes heeft contacten met haar Israëlische ambtgenoot, Yitzhak Aharonovitch. Een van de zaken die ze met hem bespreekt zijn de veiligheidsprocedures bij de controleposten. Ze wijst erop dat volgens het uit 1994 daterende Protocol van Parijs over economische samenwerking bussen de grens moeten kunnen passeren. In de praktijk is dat niet het geval. Israëlische bussen mogen Bethlehem alleen binnen als er een Palestijnse chauffeur uit Oost-Jeruzalem achter het stuur zit en Israëlische gidsen mogen Bethlehem alleen in als ze toestemming hebben. Palestijnse bussen mogen Israël niet binnen en Palestijnse gidsen hebben een speciale vergunning nodig die ze elke drie maanden opnieuw moeten aanvragen. Soms moeten toeristen van de ene bus op de andere overstappen. „Veel toeristen hebben besloten uit Bethlehem en andere plekken weg te blijven, omdat ze twee of drie keer per dag de controleposten moeten passeren”, zegt Daibes.

„Toeristen zouden anders behandeld moeten worden. Er zou voor hen een speciale doorgang moeten komen als ze naar Bethlehem willen. Er is geen reden om toeristen te onderzoeken en hen lang te laten wachten. Soms kost het maar één of twee minuten. Afgelopen zaterdag was ik bij de wegversperring en duurde het twintig minuten om een toeristenbus te checken. Zo kunnen groepen zich niet aan het tijdschema houden. Als ze een programma afwerken en zich van de ene plaats naar de andere moeten haasten, dan zijn deze lange wachttijden niet prettig.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer