Wereldwijd nog veel landmijnen te ruimen
BRUSSEL (AP) - Groot-Brittannië is een van de twaalf landen die waarschijnlijk niet op tijd alle landmijnen op hun grondgebied kunnen ruimen. Dat staat in het jaarlijkse rapport van de Internationale Campagne ter Bestrijding van Landmijnen (ICBL), dat dinsdag is gepubliceerd.
Volgens de ICBL is de Britse regering nog niet eens begonnen met het ruimen van de naar schatting 16.000 landmijnen die op de Falklandeilanden liggen sinds de oorlog met Argentinië in 1982.Andere landen die nog flink aan de bak moeten om de datum van 1 maart 2009 te halen, zijn Bosnië-Herzegovina, Jemen, Kroatië, Mozambique, Niger, Peru, Senegal, Thailand, Tsjaad, Venezuela en Zimbabwe, staat in het rapport te lezen. De landen van de ICBL hebben zich met het ondertekenen van het Verdrag van Ottawa in 1997 bereid verklaard zich aan het ultimatum te houden.
In 2006, het jaar dat het rapport beschrijft, ondertekenden vier landen het Verdrag van Ottawa, waardoor het totaal nu op 155 staat. Alleen Birma en Rusland, die het verdrag niet hebben ondertekend, gebruikten in 2006 landmijnen. De Verenigde Staten, evenmin gebonden aan de bepalingen van het verdrag, beschikken over explosieven die als landmijn kunnen worden gebruikt, stellen de onderzoekers. Daarom moeten militaire bondgenoten ervoor waken niet de bepalingen van het antilandmijnverdrag te overtreden door deel te nemen aan een operatie waarbij Amerikaanse militairen deze explosieven inzetten.
Handicap International stelde maandag in haar jaarlijkse rapport dat landmijnen in 2006 minder slachtoffers hebben gemaakt dan in voorgaande jaren, maar dat desalniettemin wereldwijd ongeveer een half miljoen mensen met een handicap moeten leven als gevolg van een explosie van een landmijn of ander achtergelaten oorlogstuig. Overlevenden moeten volgens de organisatie beter gesteund worden door overheden. In in 2006 vielen 68 landen 5751 doden en gewonden door landmijnexplosies, aldus Handicap International.