President Georgië roept noodtoestand uit in Tiblisi
TBILISI (AP) – President Saakasjvili van Georgië heeft woensdag de noodtoestand uitgeroepen in de hoofdstad Tblisi in verband met de groeiende politieke onrust in het land. Premier Nogaideli heeft dat bekendgemaakt in een televisietoespraak. Volgens Nogaideli is er een couppoging gedaan en moet nu worden opgetreden. De verordening zal binnen twee dagen aan het parlement ter goedkeuring worden voorgelegd, zei de premier, zoals de Georgische grondwet voorschrijft.Saakasjvili zei eerder zelf voor de televisie dat Rusland verantwoordelijk is voor de politieke onrust in Georgië en dat politieoptreden tegen betogers de enige manier is waarop de orde kan worden hersteld. Refererend aan Rusland zei de president dat ‘een land met veel geld en expertise een leugenmachine en een mechanisme van provocaties’ in werking heeft gezet. Russische geheim agenten zouden de oppositie tot demonstreren hebben aangezet. Volgens het Russische ministerie van buitenlandse zaken zijn juist de aantijgingen van Saakasjvili een provocatie.
De politie heeft woensdag in de hoofdstad Tbilisi waterkanonnen, traangas en rubberkogels ingezet tegen tegenstanders van de regering die demonstreerden bij het parlement en elders. Ook werden demonstranten geslagen met wapenstokken en gingen agenten en betogers met elkaar op de vuist. Op verschillende plekken in Tbilisi kwam het tot confrontaties, waarbij naar schatting 360 gewonden vielen, van wie er ruim honderd voor behandeling in het ziekenhuis moesten worden opgenomen, zei een woordvoerster van het ministerie van volksgezondheid.
De Georgische tv–zender Imedi, die geldt als spreekbuis van de oppositie tegen Saakasjvili, is woensdag uit de lucht gehaald. De uitzending werd kort nadat was gemeld dat de oproerpolitie het hoofdkantoor van Imedi was binnengedrongen gestaakt. ‘De oproerpolitie is hier, er gebeurt iets verschrikkelijks’, zei de presentator, waarna de zender op zwart ging. De kleinere zender Kavkasia is woensdag eveneens uit de lucht gehaald.
In Tbilisi wordt al sinds eind vorige week dagelijks gedemonstreerd tegen de regering. Vrijdag kwamen meer dan vijftigduizend mensen op de been. Die demonstratie was eigenlijk gericht tegen het uitstellen van de verkiezingen en veranderingen in het kiesstelsel, maar al gauw werd om het vertrek van Saakasjvili geroepen.
Woensdagmorgen vroeg was de politie al opgetreden tegen rond de honderd demonstranten die de nacht voor het parlement hadden doorgebracht. Daarbij werd een oppositieleider, Zoerab Marakvelidze, geschopt en gearresteerd. Ook Georgi Chaindriva, een voormalige bondgenoot van Saakasjvili, werd opgepakt. De twee behoren tot een groep oppositieleiders die een hongerstaking hebben aangekondigd om hun eisen kracht bij te zetten.
De demonstraties tegen Saakasjvili worden onder andere gehouden op de plek waar vier jaar geleden de Rozenrevolutie zich afspeelde, waarin Saakasjvili een belangrijke rol speelde en die tot het aftreden van oudgediend president Edoeard Sjevardnadze leidde. Veel van de tegenstanders van Saakasjvili zijn net als hijzelf voor nauwere banden met de Verenigde Staten en Europa en voor het verkleinen van de invloed van Rusland. Ook de economie vormt niet de aanleiding tot de protesten, die is onder Saakasjvili alleen maar gegroeid. Wat zijn tegenstanders Saakasjvili verwijten is dat hij zich te weinig zou aantrekken van de wet en totalitaire neigingen zou hebben.
‘Ik roep alle landen, vrienden van Georgië, de Verenigde Staten, op: alstublieft, maak deze regering duidelijk wat democratie is’, zei Salome Zoerabisjvili, voorheen minister van buitenlandse zaken onder Saakasjvili, maar nu lid van de oppositie, woensdag tegen de demonstranten. Het verzet tegen Saakasjvili groeide toen in september oud–minister van defensie Irakli Okroeasjvili werd gearresteerd, kort nadat hij de president van corruptie en een moordcomplot had beschuldigd. Na zijn beschuldigingen te hebben ingetrokken kwam Okroeasjvili vrij, maar deze week zei hij dat hij zijn beschuldigingen onder dwang heeft ingetrokken.