Tusk ontdoet zich van soft imago
WARSCHAU - Donald Tusk maakte voor een toppoliticus een buitengewoon zachtaardige indruk toen hij zich in 2005 kandidaat stelde voor het Poolse presidentschap. Maar na twee pijnlijke nederlagen in dat jaar leerde hij kennelijk de les dat je het in de politiek hard moet spelen als je wilt winnen.
Dat Tusk wel degelijk over strijdlust beschikt, bleek in de laatste weken van de campagne voor de Poolse parlementsverkiezingen die zondag werden gehouden. Hij viel premier Jaroslaw Kaczynski aan op diens politieke daden en persoonlijke eigenaardigheden, en dat sorteerde effect. Tusks Burgerplatform versloeg de partij van Kaczynski, Recht en Gerechtigheid (PiS), met bijna 10 procentpunten.Tusk lachte de 58-jarige Kaczynski uit omdat hij geen rijbewijs heeft, vergeleek hem met de communisten die Kaczynski zo graag bestrijdt en beschuldigde hem ervan dat hij 2 miljoen Polen het land uit heeft gedreven om werk te zoeken in Groot-Brittannië en Ierland.
Na een wekenlange nek-aan-nekrace met Kaczynski, bereikte Tusk op 12 oktober een keerpunt toen hij de premier in hun enige verkiezingsdebat verraste met een frontale aanval. Hij noemde Kaczynski incompetent op buitenlands terrein, omdat hij ruzie had gemaakt met buurland Duitsland. En hij zei dat Kaczynski zich niet had gehouden aan zijn campagnebeloftes. Zo waren 3 miljoen nieuwe appartementen die hij beloofde er nooit gekomen.
Al met al legde Tusk heel wat meer strijdlust aan de dag dan in 2005, toen hij de presidentsverkiezingen verloor van Lech Kaczynski, de tweelingbroer van de premier, en toen zijn Burgerplatform vervolgens ook de parlementsverkiezingen verloor van de conservatief-nationalistische PiS van de Kaczynski’s. Tijdens de campagne voor de presidentsverkiezingen kwam een strateeg van de Kaczynski’s met de ’onthulling’ dat Tusks grootvader in de Tweede Wereldoorlog vrijwillig voor de Duitse Wehrmacht had gewerkt. Tusk ontkende dat aanvankelijk, maar al gauw doken er papieren op waaruit bleek dat zijn grootvader inderdaad even bij de Wehrmacht had gediend, maar duidelijk niet vrijwillig. Tusk ging echter niet in de tegenaanval.
In de campagne voor de parlementsverkiezingen van zondag presenteerde Tusk zich als een leider die met maatregelen als belastingvermindering en bestrijding van bureaucratie voor een economisch wonder kan zorgen dat een eind kan maken aan de uittocht van hoogopgeleide Polen. Zondag kon hij eindelijk zijn overwinning vieren. „Vandaag ben ik de gelukkigste mens op aarde”, zei hij tegen zijn aanhangers in Warschau.
Tusk is in 1957 geboren in de Oostzeehavenstad Gdansk. Zijn vader was timmerman en zijn moeder verpleegster. Hij raakte geïnteresseerd in de politiek toen hij als 13-jarige zag hoe de oproerpolitie van het toen nog communistische Polen insloeg op stakende arbeiders. Tien jaar later werd in Gdansk het vrije vakverbond Solidariteit geboren. Tusk trad toe als actievoerder en richtte een onafhankelijke studentenvakbond op. Na de val van het communisme in 1989 werd hij voorzitter van een uit Solidariteit voortgekomen partij, het Liberaal-Democratisch Congres.
Tusk zegt dat het gezin waarin hij opgroeide voor een groot deel zijn denken heeft bepaald en hem tegen het communisme heeft doen kiezen. Zijn familie behoort tot de Kasjoebiërs, een kleine Slavische minderheid die geconcentreerd is rond Gdansk.
Zijn ervaringen in de jaren ’80 als schilder van schoorstenen voor een mede door hem opgerichte coöperatie -een van de weinige vormen van ondernemerschap die onder het communisme waren toegestaan- overtuigde hem ervan dat particulier eigendom bijdraagt aan eigenwaarde en waardigheid.
In 2001 richtte Tusk met anderen het Burgerplatform op, dat in hetzelfde jaar deelnam aan de verkiezingen. Hij werd vicevoorzitter van het parlement.
Hij trouwde toen hij geschiedenis studeerde aan de universiteit van Gdansk. Het echtpaar heeft een volwassen zoon en dochter, Michal en Katarzyna.