Donner die later in het debat toegaf dat de oplossing van schulden misschien niet in een schooluniform zit, wees de jeugdpolitici wel op hun eigen verantwoordelijkheid. Volgens hem zitten er nu gemiddeld twee kinderen per klas in financiële problemen of dreigen daarin te komen. „De vraag is, ben je bereid om ook zelf wat te doen aan de problemen van de leerling die naast je zit?", aldus de minister.Maar de jeugdpolitici wezen Donner erop dat scholieren net zo goed veel geld kwijt zijn aan mobiele telefoons en iPods. Ook worden volgens hen vooral schulden voorkomen door een betere opvoeding, goede voorlichting op school over budgetbeheer en het aanpakken van bedrijven waarbij het te gemakkelijk schulden maken is.

Ouders zouden kunnen helpen door zak– of kleedgeld te geven, zodat jongeren al vroeg te maken krijgen met inkomsten en uitgaven. Verder helpt het hebben van een baantje, omdat je dan weet hoeveel je moet werken om iets te kunnen kopen. Jongeren met schulden moeten beter geholpen worden en zouden misschien als vrijwilliger voor de klas voorlichting kunnen geven aan medescholieren.

Donner constateerde dat de jongeren bij het zoeken naar een oplossing vooral naar anderen wijzen: de ouders, de school, de bedrijven waar ze kopen en degene die in de problemen zit. Wel erkende hij dat een belangrijk deel met de opvoeding en voorlichting te maken heeft. De minister zegde de jongeren dan ook toe dat hun inbreng zal terugkomen in de overheidscampagne ’Blijf positief’ tegen schulden die vanaf maandag ook op televisie met spotjes te zien is.

Verder trekt het kabinet de komende twee jaar op verzoek van de PvdA jaarlijks 40 miljoen euro extra uit om financiële problemen te bestrijden. Dit geld mogen gemeenten besteden aan onder meer schuldhulpverlening, een extraatje voor mensen die langdurig op het sociaal minimum zitten en het financieren van een lidmaatschap van bijvoorbeeld een sportclub voor kinderen in armoede.