Ierse premier overleeft motie van wantrouwen
DUBLIN (AP) – De Ierse premier Bertie Ahern heeft woensdag ternauwernood een motie van wantrouwen overleefd.
Na een fel debat dat 3,5 uur duurde stemden de fracties van de regeringspartijen tegen de motie, die was ingediend omdat Ahern in de eerste helft van de jaren ’90 in het geheim geld aannam van zakenlieden. De motie werd met 81 tegen 76 stemmen verworpen.Als de huidige wet aangaande gedragsregels van politici er destijds al was geweest, waren de acties van Ahern strafbaar geweest. De oppositie claimt dat Ahern het onderzoek naar de geldtransacties saboteerde.
Oppositieleider Eamon Gilmore van Labour zei dinsdag dat Ahern moest opstappen, omdat de verklaring die hij gaf voor de geheime betalingen ongeloofwaardig was en niet strookte met de gegevens van de bank. Ahern stortte in 1994 en 1995 meer dan honderdduizend euro op pas geopende bankrekeningen en werd hierover de afgelopen week langdurig ondervraagd door een corruptietribunaal.
Ahern, die een decennium geleden premier werd, zegt zich de namen van veel personen die hem geld gaven niet te kunnen herinneren. Hij verdedigde het niet openbaar maken van de schenkingen door te zeggen dat hij vanwege een scheiding krap bij kas zat. Ook verdedigde hij zo een voor hem voordelige koopconstructie voor een huis in Dublin. Ahern zette destijds het geld op naam van zijn vriendin.