Aftreden Japanse premier gehuld in dikke mist
TOKIO - Het totaal onverwachte aftreden van Japanse premier Shinzo Abe (52) woensdag bracht grote verwarring onder zijn collega’s en het Japanse volk. Hoewel de premier een persconferentie gaf, bleven zijn beweegredenen gehuld in een dikke mist. Dit veroorzaakte onmiddellijk een vloedgolf van geruchten.
De mist werd donderdag nog dikker toen de Japanse premier plotseling werd opgenomen in het Keio universiteitsziekenhuis in Tokyo. Een dokter zei dat hij voor drie tot vier dagen behandeld zal worden voor buikpijn, oververmoeidheid en andere symptomen van „psychologische stress.”Woensdag had kabinetssecretaris Kaoru Yosano reeds gezegd dat Abes slechte gezondheid de echte reden was om af te treden. Hij zou de afgelopen twee weken nauwelijks in staat zijn geweest om te eten en kreeg dagelijks een infuus.
In zijn afscheidstoespraak noemde Abe geen gezondheidsproblemen. Hij gaf de schuld voor zijn vertrek aan oppositieleider Ozawa van de Democratische Partij van Japan (DPJ): „Vandaag bood ik aan om een vergadering te houden met president Ozawa om mijn opinie met hem te delen. Helaas werd mijn voorstel afgewezen. De heer Ozawa bekritiseerde mijn regering en zei dat het volk ons niet steunt. Dit besluit vind ik enorm jammer.”
Ozawa ontkende later dat hem gevraagd was een vergadering op te zetten. Vertegenwoordigers van Abe zouden hem enkel gevraagd hebben de premier te ontmoeten om groeten uit te wisselen. Hij benadrukte in zijn uitleg het belang van de Japanse steun aan de Amerikaanse strijdkrachten.
„Ik vroeg me af”, zei hij, naar beneden kijkend, „wat ik moest doen om het gevecht tegen terrorisme voort te zetten. Ik realiseerde me dat ik de situatie op zijn kop moest zetten. We moeten ernaar streven om het gevecht tegen terrorisme voort te zetten onder een nieuwe premier.”
Hij doelde daarmee op de Japanse hulp aan Amerikaanse strijdkrachten. Kort na 11 september 2001, besloot Japan de Amerikaanse marine van brandstof te voorzien in de Indische Oceaan. Dat is een belangrijk tussenpunt voor Amerikaanse strijdkrachten op weg naar Afghanistan en Irak.
Omdat de Japanse grondwet het land verbiedt om een strijdmacht bij te staan die in een conflict is verwikkeld, nam het land voor de steun aan de Amerikanen een tijdelijke wet aan die volgende maand afloopt. Abe heeft herhaaldelijk beloofd alles te doen om deze wet te verlengen.
In principe is deze hulp echter in strijd met de Japanse grondwet. Het doel van de Japanse oppositieleider Ozawa is daarom een verlenging van deze „drijvende benzinepomp” te bevechten. Sinds zijn partij een dramatische meerderheid won in de Eerste Kamerverkiezingen van eind juli, heeft hij nu ook de macht om zijn woorden waar te maken.
De discussie over de verlenging zou deze week beginnen. De timing van Abes aftreden lijkt te suggereren dat hij bang was voor een confrontatie.
Belasting
Inmiddels is echter ook bekend geworden dat het Japanse weekblad Shukan Gendai onderzoek doet naar belastingontduiking van de premier. Toen Abes vader in 1991 overleed, liet hij een vermogen na ter waarde van 2,5 miljard yen (15,7 miljoen euro). Abe schonk het aan een politieke organisatie.
Het tijdschrift Shukan Gendai had de premier een lijst met vragen gezonden die voor 14.00 uur gisteren beantwoord moesten worden. Het artikel zou dit weekeinde meegenomen worden. Abes aftredingsspeech gisteren begon ook om 14.00 uur. Het lijkt meer dan toeval.
Sinds Abe vorig jaar september premier werd, raakte zijn kabinet verwikkeld in een eindeloze reeks van fraudeschandalen. Vier ministers traden af over steekpenningen of fraude. Een vijfde minister pleegde zelfmoord. Tientallen ambtenaren en LDP-leden waren betrokken bij andere schandalen. Een artikel over belastingontduiking zou het onmogelijk hebben gemaakt voor Abe om verder te regeren.
Een derde mogelijke reden voor Abes plotselinge vertrek is dat zijn partij een deal had gemaakt met de oppositie over het verlengen van de hulp aan de VS. In ruil hiervoor moest het hoofd van Abe rollen. Onder parlementsleden ging gisteren het gerucht dat een van Abes mogelijke opvolgers, minister Aso, de getergde premier zou hebben bedrogen.