Niet gehinderd door files of verkeerslichten
VOLKEL - Geen verkeerslichten, files of andere hindernissen. De traumahelikopter volgt z’n eigen snelle luchtroute. „Dodelijke ongevallen waarbij kinderen zijn betrokken, grijpen me nog altijd erg aan.”
Vliegbasis Volkel, de tijdelijke standplaats van de traumaheli Lifeliner 3. De wijzers van de klok passeren traag het tijdstip van 12.00 uur. Het is deze woensdag nog steeds wachten op de eerste alarmering. Piloot Maik Feyen (38) -met een jarenlange ervaring bij de luchtmacht- en traumachirurg Jan Biert (48) zitten achter een computer. „Het komt niet vaak voor dat het tijdens een dagdienst zo rustig is”, zegt verpleegkundige Hans van der Meer (50).In zijn binnenzak rinkelt een mobieltje. Het is het thuisfront. De pieper verstoort het privégesprek echter ruw en onverbiddelijk. Een ongeval bij het Overijsselse Lemelerveld, zo geeft de meldkamer door. Van der Meer bepaalt op een grote muurkaart snel de globale afstand. „Ruim een halfuur vliegen”, mompelt hij. Feyen en Biert grissen hun jas van de kapstok en zetten het op een lopen naar de helikopter.
Feyen start de motoren en doorloopt samen met de intussen gearriveerde verpleegkundige Van der Meer in hoog tempo de veiligheidsprocedure. In de beperkte ruimte achterin zit Biert. Binnen drie minuten na de melding verheft de heli zich van de grond. Het zicht op 340 meter hoogte is fraai. In de diepte kronkelen de Waal en de Nederrijn door het groene landschap.
De radioverbinding kraakt. De centralist in de meldkamer geeft door dat het om een frontale botsing gaat tussen een vrachtwagen en een personenauto. Over de situatie van de slachtoffers is nog niets bekend. Biert maakt wat aantekeningen. Intussen legt hij uit dat de helikopter van Groningen normaal gesproken naar Lemelerveld zou gaan, maar dat die niet beschikbaar is.
De koortsachtige activiteiten eindigen even abrupt als ze begonnen. De centralist geeft door dat medische assistentie van het traumateam niet meer nodig is. Ambulancepersoneel dat intussen ter plaatse is, heeft geconstateerd dat de twee inzittenden van de personenauto zijn overleden. De vrachtwagenchauffeur is gewond, maar niet zo ernstig dat assistentie door het personeel van de traumahelikopter nodig is. Boven Arnhem draait de heli en zet koers richting Volkel.
Pijnbestrijding
De winst van de traumaheli zit hem behalve in de snelheid ook in de mogelijkheid van pijnbestrijding op de plek van het ongeval, benadrukt Biert. „Als iemand bekneld zit in een autowrak, kan de bevrijding een marteling zijn. Een patiënt die bij bewustzijn is, schreeuwt het soms uit van de pijn. Als arts mag ik, in tegenstelling tot ambulancepersoneel, iemand ter plaatse onder een lichte narcose brengen.”
Een ander voordeel is volgens de Nijmeegse traumachirurg dat de aanwezigheid van een arts rust kan brengen op de plek van een ongeval. „Nog niet zo lang geleden kwam ik met de heli op een plek waar een jongetje was geschept door een auto. Zijn bovenbeen lag in een rare hoek onder zijn lichaam. Zijn ouders stonden er hysterisch bij te krijsen. Een ambulanceverpleegkundige probeerde met bibberende handen een infuus aan te brengen bij het slachtoffer. Ik heb het jongetje onder narcose gebracht en iedereen werd een stuk rustiger.”
Meer dan eens hebben Biert en Van der Meer te maken met situaties waarin de slachtoffers niet meer zijn te redden. Hoe gaan ze daarmee om? „Het is geen pretje om dat mee te maken”, zegt Biert. Hij peinst even. „Iemand die in een brandend autowrak nog zwaait dat hij eruit wil, maar niet meer is te redden. Of een vrachtwagenchauffeur die tussen verwrongen staal beklemd zit en onder m’n vingers sterft. Verschrikkelijk. Dodelijke ongevallen waarbij kinderen zijn betrokken, grijpen me ook nog altijd erg aan.”
Oververhit
Van der Meer beaamt dat. „Ongevallen waarbij kinderen omkomen, neem je mee naar huis. Het laat je niet los.” In sommige gevallen raakt de psyche volgens de verpleegkundige oververhit. „Een collega van ons had een keer op één middag drie dode kinderen bij vijf verschillende incidenten. Dat was zeer ingrijpend. Het team dat toen dienstdeed, is die dag naar huis gestuurd. Een nieuw fris team heeft hen afgelost. Die mogelijkheid is er gelukkig.”
Inzet in 2006
Lifeliner 1 (Amsterdam): 818 oproepen, 378 hulpverleningen.
Lifeliner 2 (Rotterdam): 945 oproepen, 585 hulpverleningen.
Lifeliner 3 (Nijmegen/Volkel): 964 oproepen, 523 hulpverleningen.
Lifeliner 4 (Groningen): 626 oproepen, 415 hulpverleningen.