Britse leger verlaat Noord-Ierland
BELFAST (ANP/AFP) - De veiligheid in Noord-Ierland zal voortaan enkel een zaak van de politie zijn. Dinsdagavond, rond middernacht, verlaten Britse militairen na 38 jaar de provincie die de afgelopen decennia zo vaak werd geteisterd door geweld. Daarmee komt er officieel een einde aan de langst lopende operatie van het Britse leger, die echter bedoeld was als korte vredesmissie.
Volgens kolonel Wayne Harber, plaatsvervangend commandant van de laatste brigade die in actie was in Noord-Ierland, is het een moment voor reflectie: „Het mooie is het einde van het conflict in Noord-Ierland en het optimisme waarmee de mensen naar de toekomst kunnen kijken. Wij delen in dat optimisme.”Britse militairen vertrokken in 1969 naar Noord-Ierland, nadat gewelddadigheden waren uitgebroken tussen protestanten en rooms-katholieken. De vredesoperatie veranderde echter van karakter toen de rooms-katholieke terreurbeweging IRA de wapens opnam en ook het leger doelwit werd. In de loop van de jaren werden meer dan 300.000 militairen ingezet. Van hen kwamen er 763 om het leven.
In totaal kwamen bijna 4000 mensen om door de gewapende strijd tussen de pro-Britse protestanten en de pro-Ierse rooms-katholieken. Het Goede Vrijdagakkoord van 1998 maakte een einde aan deze strijd. Totdat de IRA in 2005 haar wapens neerlegde, was de aanwezigheid van Britse militairen nog steeds nodig.
De aftocht van de Britse militairen volgt twee maanden na het herstel van het zelfbestuur in Noord-Ierland. Sinds mei leiden de radicale ds. Ian Paisley en de rooms-katholieke voormalige IRA-topman Martin McGuinness het eigen kabinet als premier en vicepremier.
Ook na het officiële afscheid van de troepen zullen pantserwagens van het Britse leger door de Noord-Ierse hoofdstad Belfast rijden. Maar het gaat om afgedankte exemplaren, die door een jonge ondernemer zijn opgekocht. Hij bouwde ze om tot rijdende mininachtclubs voor feestvierders. De eens gevreesde Humber Pigs beschikken niet meer over mitrailleurs. Het enige lawaai komt nu nog van de zware geluidsinstallaties. „Blijkbaar moeten we een nogal grote inhaalslag maken wat vrolijkheid betreft”, aldus ondernemer Fearghal O’Connor.