Italiaanse regering stimuleert immigratie
ROME - Een soepele immigratiewet en een schappelijk handvest voor de islam - de Italiaanse regering benadert het immigratievraagstuk positief. Buitenlandse jongeren voelen zich hoe dan ook in Italië thuis.
Geen boerka. Geen polygamie. Dat zijn de twee punten die naar voren komen in het Italiaanse ”Handvest voor de waarden”, waarvan de blauwdruk vorige week door het ministerie van Binnenlandse Zaken werd gepresenteerd. De onderliggende waarden, vertelde minister Giuliano Amato, zijn „het individu, de gelijkheid tussen man en vrouw en godsdienstvrijheid.” Het is de bedoeling dat de belangrijkste moslimorganisaties het handvest ondertekenen.Uit de eerste reacties blijkt dat dat nog moeilijk zal worden. Een woordvoerder van de grootste moslimorganisatie vertelde het dagblad La Stampa dat hij in het document „de rol van de islam in het ontstaan van Europa” miste. Het handvest moet uitgangspunt worden voor een betere verstandhouding tussen overheid en islam.
Het kabinet is dezer dagen maar druk met het onderwerp van immigratie. Eveneens vorige week presenteerde de ministerraad een wetsvoorstel met de bedoeling de huidige immigratieregels te versoepelen. Als het voorstel wet wordt, hoeven buitenlanders van buiten de Europese Unie niet eerst een baan en een verblijfsvergunning in Italië te regelen voordat ze het land kunnen binnenkomen, hetgeen nu het geval is. In de toekomst zal het voor een buitenlander voldoende zijn als een Italiaanse sponsor -een werkgever- voor hem garant staat. Aan sponsors is geen gebrek, omdat werkgevers al jaren klagen over een ernstig tekort aan arbeidskrachten.
Het wetsvoorstel is bedoeld om illegale immigratie af te remmen. Ook staat het wetsvoorstel het aantrekken van gekwalificeerde arbeid voor ogen. Zo zal er een procedure worden geïntroduceerd die urgente immigratie, van getalenteerde buitenlanders in een vakgebied waar een gebrek is, mogelijk maakt. Een aantal uitzetcentra, waarop wegens het strenge regime veel kritiek bestaat, zal worden gesloten. Nu zijn het nog veertien stuks. Dat moeten er vijf worden. De oppositie, die de huidige immigratiewet in 2001 heeft geïntroduceerd, reageerde teleurgesteld op het voorstel. „Dit is het omgekeerde liedje”, klaagde Roberto Maroni van Lega Nord. „Eerst werken en dan je laten legaliseren.” De UNHCR en kerkelijke organisaties reageerden verheugd.
Ook de resultaten van een onderzoek naar immigranten van de tweede generatie werden naar buiten gebracht. In opdracht van de Stichting Giovanni Agnelli, vernoemd naar de oprichter van de autofabrikant Fiat, werden 1200 mensen tussen de 20 en de 35 jaar en met buitenlands paspoort gevraagd naar onder meer hun identiteit.
Zestig procent van de in Italië geboren buitenlanders zegt zich Italiaan te voelen. Vooral Marokkanen schieten in deze categorie er positief uit. Ruim 70 procent meent Italiaan te zijn.
De ”identiteitsindex” neemt af als jongeren op latere leeftijd naar Italië komen. Wie als puber arriveert, voelt zich nauwelijks verbonden met het nieuwe land. Maar 12 procent van hen zegt zich Italiaan te voelen. Het minst geïntegreerd zijn Chinezen, van wie slechts 40 procent onder leeftijdsgenoten Italiaans spreekt. Albanezen (82 procent), Moldaviërs en Marokkanen (70 procent) zijn dat wat betreft beter geïntegreerd.
Aan het onderzoek deden mensen uit alle grote immigrantengroepen mee. Kanttekening bij het onderzoek is dat alleen de ’tweede generatie’ in en rond de stad Turijn, niet toevallig de thuisbasis van Fiat, werd bevraagd.
De recentste cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek geven aan dat 2,7 miljoen buitenlanders legaal in Italië verblijven. Dat komt overeen met ongeveer 5 procent van de bevolking. Het aantal illegale immigranten wordt geschat op een miljoen. De immigratie is de laatste vijf jaar sterk gestegen, met jaarlijks 240.000 mensen. Eind jaren negentig, toen de grootscheepse immigratie naar Italië losbarstte, kwamen jaarlijks gemiddeld 150.000 mensen naar het land.
Lange tijd was immigratie vooral een fenomeen die Albanezen en Marokkanen betroffen. De laatste jaren stijgt echter vooral de instroom uit Oost-Europa. De omvangrijkste migrantengroep bestaat momenteel uit Roemenen (bijna 300.000 mensen). Naast deze drie groepen vormen Chinezen, Moldaviërs, Peruanen en Ecuadorianen andere grote gemeenschappen. Het aantal geëmigreerde vrouwen, die vooral in de huishouding werken, is groter dan het percentage mannen.