VN: Geweld niet verminderd door veiligheidsoperatie
BAGDAD (AP) – Het sektarisch geweld in Bagdad is niet verminderd door de veiligheidsoperatie die de Amerikaanse en Iraakse strijdkrachten half februari zijn begonnen. In zowel sjiitische als soennitische wijken van de Iraakse hoofdstad kwam een groot aantal burgers, onder wie vrouwen en kinderen, door het geweld om het leven. Dat zegt de ondersteuningsmissie van de Verenigde Naties in Irak (UNAMI) in haar eerste rapport sinds de veiligheidsoperatie op 14 februari van start ging. In de periode januari tot en met maart bleef het aantal burgerslachtoffers van dagelijks geweld groot en geconcentreerd in en rond Bagdad, aldus het rapport.
De UNAMI brengt elk kwartaal een rapport uit over de mensenrechtensituatie in Irak. In het rapport over het eerste kwartaal van 2007 zijn voor het eerst geen sterftecijfers opgenomen van het Iraakse ministerie van volksgezondheid, omdat dit weigerde ze te verschaffen, zei de UNAMI. Vermoedelijk houdt dat verband met kritiek die de Iraakse regering uitte na de publicatie van het vorige rapport op 16 januari. Het kantoor van premier Nouri Al–Maliki zei dat de daarin genoemde dodenaantallen overdreven waren, ‘hoewel het ging om officiële cijfers die door een Iraakse overheidsinstantie bekend waren gemaakt’. De UNAMI zei de regering nogmaals dringend op te roepen transparant te opereren.In het rapport worden veel voorbeelden gegeven van dodelijke aanslagen die in het eerste kwartaal in Irak zijn gepleegd, maar totaalcijfers van slachtoffers ontbreken, omdat de UNAMI voor haar rapportage grotendeels moet afgaan op nieuwsberichten.
De regering mag dan in de tweede helft van februari een afname van het aantal geweldsslachtoffers hebben gemeld, in maart gingen de meldingen weer omhoog en in feite was het geweld de hele periode door hoog, met dagen waarop in Bagdad zo’n 25 lijken werden gevonden, aldus het rapport. De UNAMI wijst erop dat het ministerie van binnenlandse zaken op 1 maart bekendmaakte dat in februari 1.646 burgers waren gedood. Op welke gegevens dat was gebaseerd is niet duidelijk.
Al kunnen de in het rapport genoemde voorvallen niet worden gestaafd met officiële cijfers, duidelijk is dat in de genoemde periode op grote schaal burgers zijn gedood en vermoord door opstandelingen, milities en andere gewapende groepen, aldus de VN–missie.
