Nieuwe eigendomswet overwinning voor Chinese president
PEKING - Voor spanning, spoeddebatjes of politieke relletjes moet de Chinese staatsburger niet bij het Nationale Volkscongres zijn. Niet voor niets noemen de Engelsen de bijna 3000 afgevaardigden China’s ”afstempel-parliament”.
Sinds de oprichting van de Volksrepubliek in 1949 is er nog nooit één wetsvoorstel afgekeurd. Toch klonk er opluchting door in het applaus van vrijdagochtend. Met 97 procent van de stemmen werd een wet aangenomen die privébezit dezelfde bescherming moet bieden als dat van de staat en de gemeenschap.Uit onderzoek blijkt dat het Volkscongres de meeste Chinezen koud laat. Maar voor de internationale pers is het een jaarlijks hoogtepunt. Dit jaar helemaal, want voor het eerst mochten buitenlandse journalisten directe vragen stellen aan de afgevaardigden. Ook bij premier Wen Jiabao’s afsluitende persconferentie had de buitenlandse pers, waarvoor de premier doorgaans zo goed als onbenaderbaar is, een streepje voor.
Dalai lama
Toch leken de vragen en zorgvuldig voorbereide antwoorden precies op die van voorgaande jaren. Zo verzekerde Wen dat China, ondanks de verhoging van het defensiebudget, uitsluitend vreedzame bedoelingen heeft. Tegelijkertijd benadrukte Wen dat Taiwan een integraal onderdeel van China vormt en iedere hoop op een definitieve, politiek erkende afscheiding kan vergeten. Evengoed zal de dalai lama, de in ballingschap in India levende geestelijk leider van de Tibetanen, voor wie volgens Wen „de deur altijd openstaat”, moeten inzien dat Tibet bij de Volksrepubliek hoort.
Wen benadrukte verder dat de regering vecht tegen sociale ongelijkheid en corruptie. Hij weersprak de aan hem toegeschreven uitspraak dat China misschien nog wel honderd jaar nodig heeft voordat er democratie kan zijn. Wen zei dat de economische hervormingen en de sociale en politieke hervormingen twee afzonderlijke paden zijn. „We willen dat mensen de baas worden van hun eigen huis”, zei Wen, maar „er zijn verschillende wegen naar democratie.”
Opvallend was dat Wen uitgebreid kritiek leverde op de spectaculaire groei van de economie. Die toont volgens hem instabiele, ongebalanceerde en ongecoördineerde tendensen. Als essentieel onderdeel van de economie noemde hij bovendien het milieu. Als het gaat over de uitstoot van broeikasgassen staat China momenteel wereldwijd op de tweede plaats, na de Verenigde Staten. Het lijkt erop dat de Chinezen in 2009 de Amerikanen voorbij zullen streven.
Toch zei Wen dat China het goed doet. „We zijn een ontwikkelingsland, maar zijn toch bezig met een planmatige aanpak van de Chinese klimaatverandering.”
China steunt het Kyotoprotocol dat de uitstoot voor ontwikkelde landen aan banden legt, maar niet voor ontwikkelingslanden als India en China. Tijdens de persconferentie zei Wen niet of China in de toekomst zich aan een limiet op de CO(in2(-uitstoot zal houden.
Chinese wetenschappers waarschuwen dat de opwarming van de aarde voor China betekent dat de oogsten met bijna de helft zullen afnemen. Ook zal de woestijnvorming toenemen, net als de overstromingen. Voor de meeste Chinezen is het broeikaseffect erg theoretisch, aangezien ze dagelijks geconfronteerd worden met andere milieuproblemen als smog en vervuild drinkwater. Het Chinese staatsmilieuagentschap SEPA kwam in januari met een rapport waaruit bleek dat het milieubeleid uit 2004 nog geen enkel resultaat heeft opgeleverd.
Fabriek
Het meest tastbare resultaat van het vrijdag afgesloten Volkscongres lijkt vooralsnog de eigendomswet, die de nieuwe middenklasse met eigen koopwoningen, zelfstandig ondernemers, maar vooral China’s 900 miljoen boeren ten goede zou moeten komen.
Hoewel de nieuwe wet boeren nog altijd geen eigendomsrecht geeft, hebben ze vanaf 1 oktober wel meer aanspraak op het gebruik. Dat betekent dat ze niet meer zo makkelijk van hun grond verjaagd kunnen worden voor de bouw van een nieuwe fabriek of een appartementencomplex.
Het stond al vast dat de eigendomswet erdoor zou komen. Toch liep de laatste jaren het aantal tegenstemmen bij controversiële onderwerpen soms op tot 20 procent. Dat ditmaal slechts 52 afgevaardigden tegen de wet stemden, duidt erop dat president Hu Jintao zowel de conservatieven (voor wie privé-eigendom en communisme slecht verenigbaar zijn) als de hervormingsgezinde afgevaardigden achter zich heeft gekregen.
Misschien is dit een politiek voorbeeld van de harmonieuze samenleving die Hu propageert. Waarschijnlijker lijkt het dat de Chinese president bij het partijcongres in oktober -waarbij hij op een tweede termijn als partijleider hoopt- politiek wisselgeld aan de conservatieven zal moeten betalen.