„Drugshoofdstad Rome onder witte poeder”
ROME - In het op het oog repressieve Italië is het drugsgebruik een groot sociaal probleem dat nauwelijks wordt onderkend. Maar aandacht voor bolletjesslikkers uit Nederland is er wel.
Vijftien bolletjes van 50 gram drugs. Dat had de 20-jarige Luca onlangs in zijn maag tijdens een vliegreis van Amsterdam naar Rome. Nu zit hij in de gevangenis. Niet vanwege dat transport trouwens, maar om het bezit van drugs, waarvoor hij daarna werd opgepakt.Het verhaal van Luca, die uit een welgesteld gezin komt -zijn vader is notaris, zijn moeder universiteitsdocent- werd vorige week opgetekend door het dagblad Il Messaggero. Voor zover bekend is hij de eerste Italiaanse bolletjesslikker die actief is.
„Ik heb de bolletjes in plastic verpakt, vergelijkbaar met de binnenkant van een melkverpakking”, legde hij aan de krant uit. Of het verhaal van Luca klopt -hij beweert geen cocaïne maar hasj te hebben vervoerd, hetgeen ongebruikelijk is- valt niet met zekerheid vast te stellen.
Feit is dat in Italië meer en meer bolletjesslikkers afkomstig uit Nederland worden opgepakt. Zo werden begin februari bij een grootscheepse douanecontrole op Italiaanse vliegvelden 29 drugskoeriers, de meesten bolletjesslikkers, opgepakt.
„De cocaïne komt uit Zuid-Amerika en Afrika en gaat dan vooral naar Amsterdam”, analyseert Pino Colone, commandant van de fiscale politie op het vliegveld Fiumicino (bij Rome). „Vanuit Amsterdam nemen de koeriers de drugs mee op een vliegreis, die meestal eindigt in Rome of Milaan.”
Colone zegt dat behalve de gebruikelijke Afrikaanse en Zuid-Amerikaanse koeriers het aantal Europese burgers toeneemt dat zich leent voor deze gevaarlijke smokkelwijze. Vooral mensen uit nieuwe EU-landen zoals Estland en Bulgarije blijken hiervoor te porren. „Tegenwoordig kan op elke vlucht in Italië een bolletjesslikker zitten”, meent Colone.
Hij ziet ook een andere trend. „Er wordt vaker dan voorheen gebruikgemaakt van goedkope vliegtuigmaatschappijen die op kleine vliegvelden landen.” Colone noemt als voorbeeld de lijn Eindhoven-Ciampino, het chartervliegveld van Rome. Smokkelaars denken dat daar de controle minder streng is.
Uit het laatste rapport van de regeringsvertegenwoordiger voor de maffiabestrijding blijkt dat Nederland samen met Spanje een grote rol speelt in de distributie van drugs naar Italië.
De vraag naar drugs, vooral cocaïne en hasj, neemt in Italië sterk toe. Vorig jaar al werd bekend dat de rivier de Po vol zit met resten van cocaïne als gevolg van drugsgebruik. Een televisieprogramma onthulde dat uit geheime tests bleek dat een derde van de parlementariërs verdovende middelen zou gebruiken. Bij een opinieonderzoek uit 2005 gaf 7 procent van de Italianen aan cocaïne te gebruiken.
Uit het eerdergenoemde rapport van de regeringsvertegenwoordiger voor de maffiabestrijding blijkt dat vorig jaar 35 procent meer drugs in beslag waren genomen dan het jaar ervoor. En in 2005 belandden niet minder dan 31.000 mensen in de cel wegens een drugdelict. Uit een rapport afgelopen januari van Eurispes (een bureau voor sociale en economische vraagstukken) blijkt dat 2,1 miljoen Italianen wel eens cocaïne hebben gesnoven.
In februari luidde minister Giuliano Amato (Binnenlandse Zaken) de noodklok. Het leven in Italië dreigt te worden ”gecocaïniseerd”, meende hij. Hij werd toegejuicht door politieke tegenstanders, die vinden dat links een permissief beleid voert. Een van de eerste regelingen die op de helling gingen sinds het aantreden van het huidige kabinet-Prodi was de strenge drugswet van de vorige regering.
Politiek wordt het drugsgebruik nauwelijks aangepakt. De wetgeving is vooral gericht op gebruik en niet op preventie en voorlichting.
Het probleem is echter wel geschikt om elkaar in debatten mee om de oren te slaan. Zo viel Silvio Berlusconi twee weken geleden de linkse burgemeester van Rome aan. Uit onderzoek, meende de flamboyante ex-premier, blijkt dat Rome wordt overspoeld met het witte poeder. „Rome is de drugshoofdstad”, meende hij.