De Britse premier Blair was blij dat hij woensdag in het Lagerhuis eens positief nieuws uit Irak kon melden. De maatregel is mogelijk geworden nu Iraakse militairen hoofdverantwoordelijk zijn geworden voor de veiligheid in de zuidelijke havenstad Basra.De tweede stad van Irak is volgens Blair nog steeds „moeilijk en soms gevaarlijk". De problemen blijven weliswaar „ontzagwekkend", maar het aantal moorden en ontvoeringen is sterk afgenomen en de wederopbouw aan de gang. „Het volgende hoofdstuk in de geschiedenis van Basra kan worden geschreven door de Irakezen", aldus de regeringsleider, wiens regeringsperiode van ruim tien jaar wordt overschaduwd door de oorlog in Irak. Ondanks de gedeeltelijke terugtrekking blijven Britten in ieder geval tot 2008 in de omgeving van de havenstad aanwezig.

De Deense premier Rasmussen wil in augustus alle grondtroepen uit het Arabische land hebben teruggehaald. Zij dienen in het relatief rustige zuiden onder Brits commando. De Denen, die naast de Britten behoren tot de trouwste bondgenoten van de Verenigde Staten, breiden hun aanwezigheid in Afghanistan juist uit, vermoedelijk met tweehonderd militairen.

De maatregelen staan in scherp contrast met besluiten van de Amerikaanse regering, die ondanks breed verzet in eigen land het aantal militairen in Bagdad juist fors uitbreidt. Desondanks verwelkomde Washington het nieuws uit Londen als een positief teken.

De Amerkaanse minister van Buitenlandse Zaken Rice benadrukte dat er geen sprake van is dat de coalitie afbrokkelt. „De Britten houden nog duizenden militairen in Irak", aldus de bewindsvrouw. Vicepresident Cheney stelde dat de Verenigde Staten hun missie in Irak willen afmaken „en terugkeren met eer".

Blair betoogde dat de plannen laten zien dat de veiligheidssituatie in het overwegend sjiitische zuiden van Irak sterk verschilt van de problemen waarvoor de Amerikanen in de hoofdstad Bagdad en omgeving zich gesteld zien. Sinds de invasie van Irak in maart 2003 kwamen ruim 3140 Amerikanen om het leven, tegen 132 Britten. Het recentste Britse slachtoffer, soldaat Simpson, werd woensdag begraven.

De strijdkrachten zijn in Bagdad in samenwerking met Iraakse militairen begonnen met een grote operatie tegen opstandelingen. De Iraakse premier Maliki noemde die enkele dagen geleden een „briljant succes". Maar een serie autobomaanslagen hebben het aanvankelijke optimisme flink getemperd.

Ten zuiden van Bagdad ontplofte woensdag een wagen bij een politiepost. Door de ontploffing bij een drukke markt in Najaf kwamen ten minste elf mensen om het leven.

De VS verloren bovendien hun zevende helikopter in een maand tijd. Een Black Hawk-transporthelikopter maakte een „harde landing" ten noorden van Bagdad. Alle negen inzittenden overleefden de crash, die volgens een Iraakse ooggetuige vermoedelijk werd veroorzaakt door een raket.