De Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken, Condoleezza Rice, zei woensdagavond dat president Bush het Amerikaanse parlement om 770 miljoen dollar (590 miljoen euro) vraagt.Daarmee komt het bedrag dat de VS sinds de Israëlische bombardementen in juli en augustus in Libanon hebben gestoken op ruim 1 miljard dollar. Het Amerikaanse hulpgeld wordt behalve voor wederopbouwprojecten ook gebruikt om het zwakke veiligheidsapparaat in Libanon te trainen en te bewapenen. De VS willen zo de positie van premier Fuad Siniora versterken. Hij staat in eigen land onder grote druk. De machtige sjiitische beweging Hezbollah en andere oppositiegroepen eisen het vertrek van de door het Westen gesteunde premier en willen nieuwe verkiezingen.

Eerder op de dag maakte de Europese Commissie bekend nog eens 400 miljoen euro beschikbaar te stellen voor Libanon. De EU had al 100 miljoen euro gedoneerd. Het geld is niet alleen bedoeld voor onmiddellijke wederopbouw na de bombardementen door Israël, maar ook voor politieke en economische hervormingen die een effect op de lange termijn moeten hebben.

De Franse president Jacques Chirac maakte woensdag bekend dat Libanon een lening van 500 miljoen euro van Frankrijk krijgt tegen „zeer gunstige voorwaarden.” Premier Siniora hoopt in totaal 5 miljard binnen te halen. Aan de donorconferentie in Parijs nemen 35 landen deel.

Siniora arriveerde woensdag in Parijs, daags nadat er in Libanon een staking en gewelddadige betogingen waren gehouden tegen zijn bewind. De protesten, waarbij minstens drie doden en meer dan 170 gewonden vielen, waren georganiseerd door de Hezbollahbeweging en andere oppositiegroepen.

Of de Libanese regering met het buitenlandse geld veel directe hulp kan bieden is de vraag. Een groot deel zal opgaan aan vermindering van de staatsschuld van 30 miljard euro, betaling van soldij aan militairen en aan elektriciteit.

Er zijn wel voorwaarden verbonden aan de buitenlandse hulp. Saniora’s regering zal uitvoering moeten geven aan de hervormingsplannen die zij deze maand heeft gepresenteerd en die de woede hebben gewekt van de vakbonden en de Hezbollahaanhang.

De oppositie zegt dat internationale hulp de schuld van Libanon alleen maar groter zal maken.