„Opgepakte Iraniërs steunden verzet Irak”
BAGDAD (AP) - Vijf Iraniërs die de afgelopen week in Noord-Irak zijn opgepakt, onderhielden banden met een factie van de Iraanse Revolutionaire Garde die wapens en fondsen leverde aan opstandelingen in Irak. Het Amerikaanse leger heeft dit maandag gezegd.
De Iraanse regering spreekt de beschuldigingen tegen en eist hun vrijlating. De vijf werden donderdag opgepakt bij een inval in een verbindingskantoor van de Iraanse regering in de stad Irbil, in het door Koerden beheerste gedeelte van Noord-Irak, 350 kilometer ten noorden van Bagdad. Zij zouden behoren tot de IRGC-QF, waarvan de laatste letters staan voor Qods Force (Qods is de Arabische naam voor Jeruzalem). Volgens het Amerikaanse leger is bekend dat de factie fondsen, wapens, ied’s (spullen voor zelfgemaakte bommen) en training aan de rebellen levert.Een woordvoerder van het Iraanse ministerie van Buitenlandse Zaken zei maandag dat het bureau een consulaire functie had en zich hield aan de regels. De Amerikaanse beschuldigingen worden „onjuist en een overdrijving” genoemd. Het bureau zou in 1992 in Irbil zijn gevestigd om bezoeken van Koerdische zakenlieden en mensen met gezondheidsproblemen aan Iran te vergemakkelijken. Het afgelopen jaar was besloten het bureau consulaire status te geven. De Iraanse regering eist de vrijlating van haar medewerkers en een schadevergoeding, zei de woordvoerder.
Woordvoerder Stephen Hadley van het Witte Huis herhaalde maandag dat de VS het recht hebben op te treden tegen personen in Irak die de daar gelegerde Amerikaanse militairen in gevaar brengen. „Wij gaan afrekenen met wat Iran in Irak doet”, zei Hadley.
De Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken, Condoleezza Rice, zei zaterdag in Jeruzalem dat Bush toestemming had gegeven voor de operatie tegen het kantoor in Irbil als onderdeel van de nieuwe strategie om Iran harder aan te pakken.
Er woedt een discussie of het kantoor in Irbil diplomatieke status genoot en op grond daarvan recht had op bescherming krachtens internationale verdragen. De Iraakse minister van Buitenlandse Zaken, Hoshyar Zebari, een Koerd, omschreef het bureau als een verbindingskantoor waaraan consulaire status zou worden verleend. Zijn Iraanse ambtgenoot Manouchehr Mottaki noemde de Amerikaanse operatie een schending van de Iraans-Iraakse betrekkingen.