In een boodschap aan het Cubaanse volk verzekert de zieke president dat zijn herstel „spoedig maar langzaam” verloopt en dat zijn „slag” met een darmaandoening „nog lang niet is verloren.” De open brief valt samen met de 48e verjaardag van de Cubaanse revolutie.In zijn schrijven bedankt Fidel Castro voor uitingen van steun en liefde die hem de afgelopen maanden vanuit het volk ten deel vielen. Het staatshoofd verzekerde de Cubanen dat hij „een gedisciplineerde patiënt” is en alle medische adviezen ter harte neemt. Ook schreef Fidel dat hij de gebeurtenissen op Cuba nauwgezet blijft volgen en in voortdurend contact staat met „kameraden” die raad nodig hebben.

Het was de eerste keer sinds zijn machtsovername in 1959 dat de inmiddels tachtig jaar oude Fidel Castro niet persoonlijk aanwezig kon zijn bij de viering van de revolutie. Op deze dag gunt de eilandnatie zich een feestdag, die de Cubanen doorgaans uitbundig vieren. Castro zet op deze feestdag op het Plein van de Revolutie in Havana in een vaak urenlange redevoering de verworvenheden van zijn regime nogmaals uiteen.

Zijn jongere broer Raúl Castro, die als waarnemend staatshoofd is aangewezen, is evenwel wars van toespraken en deed er gisteren het zwijgen toe, zodat de Cubanen dit keer zonder verdere omhaal aan de viering konden beginnen.

Tijdens de kerstdagen heeft Fidel Castro zich laten onderzoeken door een Spaanse specialist, die na terugkeer in Madrid verklaarde dat het Cubaanse staatshoofd buiten levensgevaar verkeert, hoewel zijn herstel nog enige maanden in beslag kan nemen. Castro onderging op 27 juli een zware darmoperatie. Wat hem precies mankeert, blijft ondertussen een goed bewaard staatsgeheim.