Gates waarschuwt voor „ramp” in Irak
NEW YORK - Wanneer de Amerikaanse missie in Irak faalt, is dat een „ramp” die het land jaren zal achtervolgen. Dat zei de nieuwe Amerikaanse minister van Defensie, Robert Gates, maandag na zijn beëdiging door vicepresident Cheney tijdens een plechtigheid in het Pentagon (ministerie van Defensie) die ook werd bijgewoond door president Bush.
De 63-jarige voormalige chef van de inlichtingendienst CIA heeft beslist de minst benijdenswaardige baan in Washington. Hij moet het falend beleid van zijn voorganger Donald Rumsfeld zien bij te sturen als minister van Defensie van een stijfkoppige president die het woord ”falen” niet wil horen. Gates heeft bovendien maar twee jaar tijd voor deze onmogelijke opgave, want dan zijn er nieuwe verkiezingen en zullen Bush en z’n team moeten verdwijnen.Gates maakte tot voor kort deel uit van de onafhankelijke commissie onder leiding van oud-minister van Buitenlandse Zaken James Baker en afgevaardigde Lee Hamilton die de situatie in en rond Irak negen maanden lang bestudeerd heeft. Gates verliet de commissie toen hij kort na de parlementsverkiezingen vorige maand door Bush werd benoemd tot opvolger van Rumsfeld, die door de president de laan uit werd gestuurd.
De verkiezingen werden namelijk beschouwd als een referendum over het Irakbeleid van de regering, hetgeen werd bevestigd door exitinterviews. Bush’ Republikeinse partijgenoten verloren op 7 november hun meerderheden in het Huis van Afgevaardigden en in de Senaat. Daarop werd Rumsfeld de laan uitgestuurd en werd Gates benoemd tot zijn opvolger. Een opvolger die zich in het verleden herhaaldelijk kritisch heeft uitgelaten over het Irakbeleid van Donald Rumsfeld en van de regering (lees: president Bush) in het algemeen.
Van bronnen in het Witte Huis hoort men dat Bush en Cheney hopen dat Gates het vertrouwen tussen het Witte Huis en het parlement kan herstellen en een „geloofwaardig” fundament kan bouwen onder Washingtons Irakbeleid. „Dat is eerlijk gezegd een onmogelijke opgave”, meent politiek analist David Boaz van het Cato Research Instituut in Washington. Het mag volgens hem al „een wonder” heten als Gates erin slaagt „een veilige aftocht” voor de Amerikaanse troepen te bewerkstelligen.
Gates kwam gisteren in het centrum van de Irakstorm terecht. Daar is in de eerste plaats de regering, die verdeeld is over de te volgen koers. Het enige waarover men het eens is, is dat men de belangrijkste voorstellen van eerdergenoemde Baker/Hamiltoncommissie (begin in 2008 met een gefaseerde terugtrekking van de troepen en schakel onder meer Syrië en Iran in bij het vinden van een politieke oplossing) zal negeren. Verder lijkt er overeenstemming te zijn over de noodzaak om iets te ondernemen, want het huidige beleid voortzetten is uitzichtloos.
Maar wat moet er dan gebeuren? Extra troepen sturen, meent Stephen Hadley, nationaal veiligheidsadviseur van president Bush. Die oproep wordt krachtig en luid gesteund door Republikeins senator John McCain (potentieel presidentskandidaat in 2008). President Bush lijkt hiervoor te voelen. Het Pentagon heeft namelijk opdracht gekregen om de militaire, personeelstechnische en financiële consequenties te bekijken van een tijdelijke troepenversterking in met name Bagdad.
Amerikaanse topgeneraals (verenigd in de verenigde chefs van staven) zien niet zo veel in deze ”oplossing”. Meer troepen sturen heeft volgens hen geen zin als die extra troepen geen nauwkeurig omlijnde missie meekrijgen. Bovendien heeft het leger eigenlijk geen extra troepen meer beschikbaar. „Men heeft dit eerder geprobeerd en dat heeft niet gewerkt; zou dat nu weer mislukken, dan is de militaire en politieke nederlaag voor de VS des te catastrofaler”, aldus voormalig minister van Buitenlandse Zaken Colin Powell zondag in het CBS-programma Face the Nation.
Intussen kwam het Pentagon maandag met z’n somberste rapport tot nog toe over de situatie in Irak. Het gewelddadig verzet is volgens deze laatste Pentagonrapportage „op het hoogste niveau ooit.” De Amerikaanse militairen registreren momenteel meer dan 900 aanvallen per week, ervaren een „dalend vertrouwen” van de Irakezen in de Amerikaanse missie en zien „nauwelijks enige vooruitgang” in het proces van politieke verzoening onder de Iraakse politieke leiders waarop president Bush aandringt. Aan Robert Gates nu de taak een uitweg uit dit politiek-militaire labyrint te vinden. „Als, áls hij van president Bush de ruimte krijgt. dat is namelijk de grote, allesoverheersende vraag”, aldus politiek analist David Boaz.