In 2002 werd bekend dat hormoontherapie de kans op borstkanker bij vrouwen boven de 50 sterk deed stijgen.Uit een studie van de universiteit van Texas blijkt dat in 2003 het aantal nieuw ontdekte gevallen van borstkanker onder Amerikaanse vrouwen met 7,2 procent afnam in vergelijking met 2002. Dat betekende dat de ziekte bij circa 14.000 minder vrouwen werd gediagnosticeerd.

De grootste daling (12 procent) deed zich voor bij vrouwen tussen de 50 en de 69 jaar. In die groep werd vooral minder borstkanker vastgesteld die gevoelig is voor het hormoon oestrogeen. Oestrogeen is een van de stoffen in de hormoontherapie. Dit meldde de Britse krant The Times donderdag.

De onderzoekers waarschuwen er overigens voor dat het oorzakelijk verband tussen het afzweren van hormoontherapie en de daling in het aantal gevallen van borstkanker niet wetenschappelijk is aangetoond. Het gaat om een statistisch onderzoek en het verband is slechts indirect.

Oudere Amerikaanse cijfers tonen wel aan dat tussen 2002 en 2003 zeker de helft van de vrouwen die hormonen slikten om de ongemakken van de menopauze te verlichten, de therapie stopzetten. Gebruikte 30 procent van de Amerikaanse vrouwen boven de vijftig in 2002 nog hormonen, een jaar later was dat nog maar 15 procent. Hormoongevoelige vormen van tumoren in de borst hebben de hormoon nodig om te groeien.