Washington reageerde afgelopen weekeinde op uitlatingen van de Cubaanse waarnemend president Raúl Castro, de broer van de zieke Fidel Castro. Hij riep op de relaties tussen beide landen te verbeteren.Raúl stelde zaterdag dat zijn land bereid is in onderhandelingen het langdurig geschil met de Verenigde Staten op te lossen. Hij zei dit in een toespraak tijdens een festiviteit waarbij de aankomst in Cuba werd herdacht van Fidel Castro en zijn opstandelingen op 2 december 1956. De rebellie leidde tot een communistische revolutie. Raúl besloot zijn rede met een „Viva Fidel".

Fidel Castro zelf was bij de herdenking niet aanwezig. De communistische dictator was ook niet bij de andere festiviteiten ter gelegenheid van zijn 80e verjaardag. Hij was op 13 augustus jarig, maar de feestelijkheden werden toen uitgesteld omdat hij een zware operatie had ondergaan.

Volgens sommige Amerikaanse media lijdt hij aan kanker. Hij verscheen voor het laatst in het openbaar op 26 juli en delegeerde eind die maand zijn taken aan zijn vijf jaar jongere broer Raúl. Op 28 oktober was hij voor het laatst kort op de Cubaanse televisie te zien.

Hoewel de Cubaanse autoriteiten zeggen dat Castro aan de beterende hand is, was hij blijkbaar niet sterk genoeg om op zijn verjaarspartij aanwezig te zijn. Veel Cubanen waren ervan overtuigd dat de bejaarde Líder Màximo weer zou verschijnen in zijn olijfgroene uitdossing en daarmee doktersadviezen zou negeren. Dat hij niet verscheen, heeft tot nieuwe speculaties geleid over de gezondheidstoestand van Fidel Castro.

De Cubaanse autoriteiten meldden dat zaterdag 300.000 mensen bijeen waren gekomen op het Plein van de Revolutie in Havana om de feestdag te vieren en een militaire parade te zien, de grootste in tien jaar tijd. Onder de gasten waren de Boliviaanse president Evo Morales en de in Nicaragua pas herkozen president Daniel Ortega.

De grote vriend van Castro, de Venezolaanse president Hugo Chàvez kwam niet naar Havana in verband met de verkiezingen zondag in zijn eigen land. Wel droeg hij alvast „de grote volksoverwinning" in Venezuela op aan „Fidel en aan het Cubaanse broedervolk", zo meldde de Cubaanse staatskrant Granma.