Senator in VS verwacht snel oorlog met Irak
De Amerikaanse senator Joseph Biden acht het waarschijnlijk dat de Verenigde Staten een oorlog zullen beginnen tegen Irak. Biden is de Democratische voorzitter van de senaatscommissie voor buitenlandse betrekkingen, die de afgelopen week hoorzittingen hield om de opvattingen van experts te vernemen. Volgens de Britse zondagskrant The Observer verklaart president Bush Irak binnen enkele weken de oorlog.
Naast Biden schaarden zich ook andere Congresleden achter het streven van Bush om Saddam te verdrijven. Maar vooral de Democraten stelden dat de president veel meer moet doen om de Amerikaanse bevolking, de bondgenoten en de buurlanden van Irak van de noodzaak van geweld te overtuigen. Ook moet Bush de toestemming van het Congres vragen voordat hij een oorlog ontketent.
„Ik denk dat er een oorlog zal komen met Irak”, zei Biden voor NBC-TV. „De enige vragen zijn: Gaan we alleen of gaan we met anderen, hoe lang zal het duren en hoeveel zal het kosten?” Volgens Biden is het wel duidelijk dat Saddam over chemische en biologische wapens beschikt. Minder zeker is het of Saddam ook de middelen heeft om ze effectief te gebruiken. „Wij hebben geen keus dan de dreiging weg te nemen”, zei Biden. „Dit is een vent die een extreem gevaar vormt voor de wereld.”
Volgens de senator kunnen de VS misschien ook wel in hun eentje Saddam uit de macht zetten, maar wacht daarna een enorm karwei om Irak weer op te bouwen. Hij schatte dat daarvoor wel 75.000 Amerikaanse militairen gedurende achttien tot twintig maanden moeten worden ingezet in Irak.
Evenals president Bush haalde Biden de schouders op over het aanbod van Irak aan de Verenigde Naties om over de terugkeer van wapeninspecteurs te praten. „Het is belangrijk dat wij gaan voor echte inspecties”, niet voor onderhandelingen over een of ander vaag aanbod, zei hij.
Irak heeft vorige week voor het eerst de mogelijkheid geopperd dat de wapeninspecteurs van de VN, die in december 1998 vertrokken, terugkeren. Minister van Buitenlandse Zaken Naji Sabri nodigde hoofdwapeninspecteur Hans Blix uit om op „de vroegst overeen te komen tijd” in Bagdad te komen praten over technische aspecten. Blix heeft zondag echter in de Arabische krant Al-Hayat te kennen gegeven dat Irak eerst met de terugkeer van de inspecteurs moet instemmen voordat hij naar Bagdad wil gaan.
De Iraakse VN-ambassadeur, Mohammad Al-Douri, zei geen conflict te zien. „Het uiteindelijke doel van de Verenigde Naties is de terugkeer van de inspecteurs. Waarom zouden wij die niet terdege voorbereiden? Die mensen hebben de hulp van de Iraakse regering nodig en de Iraakse regering wil enkele problemen bespreken”, zei Al-Douri.
Een woordvoerder van de Amerikaanse president George Bush zei dat er weinig te praten valt. omdat Irak volgens de resoluties van de Veiligheidsraad verplicht is „altijd en overal” wapeninspecties toe te staan. Woordvoerder Sean McCormack zei ook dat de inspecties geen doel op zich zijn, maar slechts een middel om te verzekeren dat Irak van massavernietigingswapens wordt ontdaan. McCormack herhaalde bovendien dat het huidige Amerikaanse beleid gericht is op het bewerkstelligen van een „verandering van regime” in Bagdad.
Scott Ritter, een Amerikaan die in 1998 uit het inspectieteam van de VN stapte, noemde het Iraakse aanbod „een briljante diplomatieke zet.” Toen de inspecteurs in 1998 uit Irak vertrokken, waren alle nucleaire installaties van Irak vernietigd en waren er geen aanwijzingen dat Irak de installaties aan het herbouwen was. Irak is daar wel toe in staat, maar als het inspecties toelaat en als die dan geen wapens aan het licht brengen, staat Bush te kijk met zijn beleid, „dat verwijdering van het regime vóór wapeninspecties stelt”, aldus Ritter.
Rusland loofde Irak wél voor de uitnodiging aan Blix, omdat die een uitweg uit de crisis zou bieden. Een hoge regeringsfunctionaris in Moskou zei zaterdag zelfs dat Irak onder druk van Rusland het aanbod heeft gedaan om de VN-wapeninspecteurs te laten terugkeren. Frankrijk zei voorstander te zijn van „alles wat de Irakezen kan brengen tot het laten terugkeren van de inspecteurs.”
De VS en Groot-Brittannië zijn het blijkens Britse media zondag in toenemende oneens over de legitimiteit van een actie tegen Irak. Binnen de Britse regering is er meer terughoudendheid dan bij de Amerikanen, omdat alleen het verdrijven van Saddam Hussein onvoldoende reden kan zijn voor een grootscheepse militaire aanval met alle gevolgen van dien. The Sunday Telegraph meldde dat de Britse premier Tony Blair ook wil dat er eerst vredesbesprekingen tussen Israël en de Palestijnen op gang worden gebracht voordat een aanval op Irak plaatsheeft. Washington zou geen koppeling tussen beide kwesties willen maken.