Wit–Rusland, gelegen tussen Polen en Rusland, geldt als de laatste dictatuur van Europa. Het land houdt geen vrije verkiezingen en er is veel mis met de mensenrechten. De Europese Unie (EU) boycot sinds maart de politici uit het land.Van der Linden zegt echter een opening te willen maken. „De Europese Unie heeft haar eigen politiek, wij de onze. Ik geloof niet in isolatie. We moeten de mogelijkheden van een dialoog onderzoeken", zei hij dinsdag bij de Raad van Europa, de organisatie van 46 landen voor democratie en mensenrechten.

De woordvoerster van eurocommissaris voor buitenlandse betrekkingen Waldner ziet geen problemen in het bezoek van Van der Linden. Ze wijst er op dat de sancties betekenen dat de EU–landen geen visum verstrekken aan een aantal mensen, maar dat er geen verbod is op het leggen van contacten of het bezoeken van politici in Wit–Rusland. Bovendien is het ook niet het doel van de EU om Wit–Rusland te isoleren, maar wel om het regime onder druk te zetten om te komen tot meer democratie en respect voor de mensenrechten.

De oud–staatssecretaris Van der Linden wil in Wit–Rusland praten met organisaties zoals kerken. Hij wil ook een ontmoeting met parlementsvoorzitter Konopljev, een van de 31 functionarissen die geen EU–visum krijgen.

De CDA–senator Van der Linden overlegt over twee weken met Wit–Rusland over de voorwaarden voor zijn bezoek. Hij overweegt nadrukkelijk geen gesprek met president Loekasjenko. De president raakte omstreden toen hij bij de laatste verkiezingen in maart zijn opponenten, zoals Milinkevitsj, liet opsluiten. Hij gaf ze ook weinig zendtijd voor hun campagne.

Wit–Rusland was tot voor kort lid van de Raad van Europa. Het land is er uit gezet omdat het niet aan de criteria bleef voldoen. Tweede–Kamerlid Van Winsen (CDA) presenteert donderdag in Straatsburg een conceptrapport over de huidige situatie in het land.

„Mijn indruk is dat er na de verkiezingen in maart weinig voortgang is geboekt", aldus Van Winsen. De CDA’er wil echter, net als Van der Linden, in contact blijven met personen in het omstreden land. „Mijn rol is te kijken of universiteiten, organisaties normale betrekkingen kunnen onderhouden. Misschien zelfs een informatiebureau openen in de hoofdstad Minsk".

Hij verwacht eind van het jaar Wit–Rusland te bezoeken voor feitenonderzoek. Hij wil dan wel de vrijheid om zelf afspraken te maken. „Ik ga niet als ik van Wit–Rusland een agenda voorgelegd krijg", aldus Van Winsem, die ervoor waakt dat het land reclame kan maken met zijn bezoek.

Van Winsen hoopt dat er op den duur een einde komt aan het isolement van Wit–Rusland. „Ondertussen blijven we alert op de idealen waar we voor staan", zegt het Kamerlid, doelend op de lokale verkiezingen op 7 januari in Wit–Rusland.