Bij trek naar westen was er „geen tijd voor rouw”
ST.-LOUIS - De succesvolle expeditie van Lewis en Clark naar de westkust in het begin van de 19e eeuw leidde niet onmiddellijk tot een nieuwe stroom migranten. Dat zou nog een paar jaar duren. Maar rond 1835 hadden voldoende verhalen over het wijde, lege en „gezonde” westen het midden en oosten van de Verenigde Staten bereikt om mensen aan het denken te zetten.
Velen vonden het oosten toen al „te vol” en men trok daarom verder westwaarts. Nadat de Amerikanen in 1803 het gebied Louisiana (ten westen van de Mississippi) van de Fransen hadden gekocht, kregen migranten aanvankelijk een ruime uitloop, maar na enkele tientallen jaren werd het ook in dit nieuwe gebied krap, tenminste voor toenmalige begrippen. „Er deden steeds meer verhalen de ronde over het westen, waarbij men vooral het klimaat prees van Californië (toen Mexicaans grondgebied) en Oregon. Er werd zelfs een Western Emigration Society opgericht, om de trek naar het westen te bevorderen”, vertelt Ken Burns, conservator van het Museum of Westward Expansion (Museum over de uitbreiding naar het westen) in St.-Louis.
Veel groepen migranten vertrokken vanuit St.-Louis, dat ook wel de ”poort naar het westen” werd genoemd. Soms nam men eerst de Missouri stroomopwaarts, hetzelfde traject van Lewis en Clark. Of men ging over land in groepen van enkele tientallen huifkarren. „Wij trokken dagen en weken achtereen verder. Alleen ’s zondags werd er gerust. Het was voor iedereen vaak moeizaam, maar de jonge moeders waren er wel het ergst aan toe. Met jonge kinderen was de tocht namelijk vaak een marteling. Er werden onderweg ook enkele kinderen geboren. Daarvoor werd dan kort gestopt, maar daarna moest men verder. Hetzelfde ritueel als er iemand overleed. Een korte pauze. De overledene werd ter plaatse begraven. En dan verder, verder; er was geen tijd voor rouw, er was nauwelijks tijd voor verdriet”, schrijft Sarah Helmick in 1847 in haar dagboek dat zij tijdens haar tocht naar het westen bijhield.
Onderweg vonden vaak ontmoetingen plaats met indianen, die door de migranten bijzonder gevreesd werden. Verhalen over ruige strijdmethoden en scalperen deden alom de ronde, hoewel die schrikverhalen de migrantenstroom blijkbaar niet tegenhielden. Helmick schrijft in haar dagboek dat de indianen erg meevielen. „Wij zijn gelukkig nooit aangevallen. Onze contacten met indianen waren voornamelijk commercieel. Wij kochten soms goederen van hen, vooral huiden en vlees. Zij wilden van ons voornamelijk paarden, vee en wapens hebben. Als zij onze prijs te hoog vonden, werden die goederen later soms gewoon gestolen”, aldus Helmick. Bereikten de migranten hun nieuwe woongebied, dan werd er onmiddellijk gebouwd. Eerst de kerk, vervolgens de school en daarna eigen woningen.
Communicatie was in die tijden even noodzakelijk als vandaag de dag, maar uiteraard beduidend trager. „De zekerste postroute was die van New York naar wat nu Panama is. Daar ging de post over land naar de westkust en vandaar weer per schip naar San Francisco. Dat ging erg langzaam, vandaar dat men in 1850 begon te experimenteren met nieuwe routes over land.
Er was in die tijd ten westen van de Mississippi geen spoorlijn te ontdekken, dus het waren postkoetsen of koeriers die de communicatie moesten onderhouden. Postkoetsen waren erg onbetrouwbaar. Zij gingen vaak stuk of werden overvallen. Senator Gwin uit New York ontwikkelde met de oud-officieren Russell en Waddell een sneller systeem. De post ging het eerste stuk per trein en werd in St.-Louis overgenomen door ruiters die dagtrajecten aflegden. Zij overhandigden hun post aan het eind van de dag op vaste pleisterplaatsen aan collega’s, die dan het volgende traject reden.
„Via dit systeem bereikte een brief uit New York in tien dagen de westkust. Het was de snelste en meest romantische postdienst ooit. In ieder geval in Amerika, want in Europa en Azië kende men dit systeem vroeger natuurlijk ook al”, aldus Burns. De uitbreiding van het spoorwegnet en de ontdekking van de telegraaf betekenden het eind van deze ”Pony Express”.
Wie in Amerika komt wonen, ontdekt al gauw dat dit een land van immigranten is. Latino’s rukken langzaam maar zeker op vanuit het Zuiden, de Aziaten vanuit het Westen en mensen uit Europa en het Midden-Oosten vanuit het Oosten. Maar er zijn ook nog steeds interne migrantenstromen, zij het niet zo massaal als in de 19e eeuw. Een populair gebied voor tal van Amerikanen die een eenvoudiger leven zoeken in deze hightechtijden is de Hoogvlakte van Ozark (uit het Franse ”aux Arcs” oftewel ”richting bewoners van Arkansas”), niet ver van de Mississippi, in het grensgebied van de staten Missouri en Arkansas.
Oorspronkelijk bewoond door verschillende indianenstammen, werd het gebied in de 19e eeuw al snel overgenomen door migranten. Hun nakomelingen beschouwen zich nu als de „oorspronkelijke” bewoners en zien met enig wantrouwen nieuwkomers arriveren. „Het leven doet hier nog aan vroeger tijden denken. Dat trekt velen blijkbaar aan plus de prachtige natuur en natuurlijk het feit dat grondprijzen nog betrekkelijk laag zijn. Zolang dat tenminste duurt”, aldus makelaar Aron Mulkovich in Newton County (Arkansas).
Tijdens onze tocht langs de Mississippi kwamen wij ook een andere groep ’nieuwe’ migranten tegen. Vertegenwoordigers van de amish-gemeenschap (mennonieten) rond het stadje Harmony in het zuidoosten van Minnesota. „De amish trekken hier in grote groepen heen, omdat zij niet voldoende grond meer vinden in hun oorspronkelijke migratiegebieden zoals in Pennsylvania. Het is daar voor hen gewoon te vol”, vertelt Merlin Willford uit Harmony.
Hij begeleidt ons naar verschillende nieuwe amish-boerderijen en naar enkele meubelwerkplaatsen, waar nog prachtige, ouderwets solide meubelen met de hand worden gemaakt. „Deze kwaliteit vindt u alleen nog bij ons”, aldus een trotse Jake Hershberger, die samen met zijn broer Reuben een van de meubelbedrijven leidt.
Hoelang wonen zij nu in Minnesota? „In de jaren tachtig stapten veel boeren hier op na de lange droogte, waardoor tal van bedrijven over de kop gingen. Wij zochten toen in Pennsylvania naar meer ruimte. Die ruimte hebben wij hier gevonden, waar wij boerderijen goedkoop konden overnemen”, vertelt Jake. „U ziet dat ook de interne migratie in Amerika nog steeds voortduurt. Het gaat daarbij om zeer verschillende groepen, met zeer uiteenlopende doeleinden. Maar de bevolking van dit land is nog steeds in beweging en dat zal nog lang zo blijven”, verwacht Ken Burns.