Veel minder recidive na begeleiding Exodus
DEN HAAG - De (ex-)gedetineerden die het intensieve begeleidingsprogramma van Stichting Exodus succesvol afronden, gaan beduidend minder vaak weer de fout in dan (ex-)gedetineerden die geen begeleiding ontvangen.
Dat blijkt uit een onderzoek van de Leidse hoogleraar penologie prof. dr. mr. M. Moerings, dat donderdagmorgen werd overhandigd aan directeur-generaal D. Mulock Houwer van het ministerie van Justitie. Moerings presenteerde de resultaten donderdag tijdens het jubileumcongres van de Exodusorganisatie.Van de (ex-)gevangenen die het programma succesvol doorlopen, gaat 18 procent opnieuw in de fout. Van degenen die het programma niet of niet succesvol afronden, recidiveert 59 procent opnieuw. Van de gehele onderzoeksgroep van 600 bewoners recidiveerde 43 procent. „Dit is een gunstiger cijfer dan de gebruikelijke 70 procent die terugvalt”, aldus Moerings.
De begeleiding van ex-gevangenen na uitstroom uit een Exodushuis zou beter kunnen als ze sneller naar een woning en werk zouden kunnen worden geleid. Op dit moment heeft gemiddeld een op de drie ex-gedetineerden bij het verlaten van een Exodushuis een woning en werk geregeld.
„Dat gemiddelde is inderdaad te laag”, erkent directeur Timmer van Stichting Exodus Nederland. „Des te opmerkelijker is het dat toch zo veel mensen na onze begeleiding niet in crimineel gedrag terugvallen. Kennelijk biedt ook de begeleiding op minder meetbare terreinen als het onderhouden van relaties en het nadenken over zingeving dus een bijdrage hieraan”, veronderstelt Timmer.
Naarmate een (ex-)gevangene langer wordt begeleid, is de kans op recidive lager. Timmer: „Dat zou voor de overheid toch reden moeten zijn om het huidige beleid te herzien. Dat gaat vooral uit van kortdurende en incidentele opleidingen en begeleiding voor gedetineerden.”
Ex-gedetineerden krijgen van het ministerie van Justitie geen geld voor begeleiding.