Unicef bezorgd over kinderen in Libanon
GENEVE - De strijd tussen Israël en Hezbollah lijkt te zijn gestreden, maar ondanks het einde van de oorlog is het gevaar voor vooral kinderen nog lang niet geweken.
Dat stelt Unicef, het kinderfonds van de Verenigde Naties. Het is campagnes begonnen om kinderen te wijzen op de gevaren van niet-geëxplodeerde munitie die ligt in de gebieden waar door Israël is gebombardeerd. Afgelopen maandag kwam in Zuid-Libanon door een explosie een kind om dat juist naar huis was teruggekeerd.Niet alleen in Libanon dreigt gevaar. De Gazastrook wordt ook nog altijd dagelijks bestookt door het Israëlische leger. „Alleen al in juli zijn in de Gazastrook 38 kinderen omgekomen”, zegt Unicefwoordvoerder Michael Bociurkiw. Deze kinderen werden gedood bij Israëlische aanvallen of kwamen om bij de explosie van blindgangers.
Volgens Unicefwoordvoerster Wivina Belmonte worden in Libanon mensen via televisie- en radiospotjes gewaarschuwd voor de gevaren van onontplofte bommen en worden flyers uitgedeeld aan mensen die vanuit Syrië naar huis terugkeren. „Door de oorlog zijn duizenden granaten, mijnen en clusterbommen achtergebleven”, is in het Arabisch te lezen op de flyers. De mensen worden gemaand vreemde objecten te laten liggen en direct de autoriteiten te waarschuwen. In de Gazastrook is eveneens een campagne opgezet.
Unicef maakt zich ook zorgen over de minder zichtbare gevolgen van de oorlog: de trauma’s die kinderen oplopen. „U kunt zich voorstellen dat dagelijkse beschietingen en dat soort dingen een hoge tol eisen, vooral onder kinderen”, stelt Bociurkiw. „Veel van hen zijn bang om naar buiten te gaan, om naar het strand te gaan of naar de speeltuin. Veel van hen, vooral de jongsten, durven niet eens de armen van hun moeder te verlaten.” Unicef stuurt teams naar de getroffen gebieden om met kinderen en ouders over de gebeurtenissen te praten, in de hoop zo het leed te verzachten.