„Geen bewijs brandstichting Schiphol”
HAARLEM (ANP) - Het openbaar ministerie slaagt er niet in het bewijsmateriaal te leveren dat aantoont dat de 24-jarige Achmed al-J. opzettelijk brand heeft gesticht in het cellencomplex op Schiphol.
Dat stelde zijn advocaat E. Damman donderdag voor de rechtbank in Haarlem. De brand kostte in oktober elf mensen het leven.De rechtbank wees het verzoek om het voorarrest van zijn cliënt op te heffen, af. Het onderzoek in de strafzaak loopt een aantal maanden vertraging op, omdat verscheidene onderzoeken nog niet zijn afgerond, zei officier van justitie M. Vos.
De aanklager zei dat het er in deze zaak niet alleen om gaat of J. opzettelijk brand heeft gesticht in zijn cel. De verdediging stelt dat de brand weliswaar in de cel van J. is ontstaan, maar dat van opzet geen sprake is. J., die zelf gewond raakte, verbleef in het cellencomplex op Schiphol in afwachting van zijn uitzetting.
Het OM onderzoekt ook in hoeverre er een causaal verband bestaat tussen het handelen van de verdachte en het overlijden van de elf personen.
Volgens de advocaten is dat verband er niet. Zij stellen dat er veel is misgegaan nadat de brand was uitgebroken. Zo heeft het gevangenispersoneel onjuist gehandeld, een van de bewakers liet de celdeur van J. openstaan, wat het vuur aanwakkerde, en politie en brandweer ondervonden problemen toen ze het complex probeerden te bereiken.
Het verhaal van de advocaten wordt volgens hen onderbouwd door het conceptrapport van de Onderzoeksraad voor de Veiligheid, die de brand en de gevolgen daarvan onderzoekt. De verdediging baseert zich op delen van het rapport, dat nog niet gereed is.