Rice naar Midden–Oosten
BEIROET/JERUZALEM/WASHINGTON (ANP) – In een poging de jongste golf van geweld in het Midden–Oosten in te dammen, vertrekt de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Condoleezza Rice zondag naar het crisisgebied. Ondertussen lijkt Israël zich voor te bereiden op een grondoffensief tegen de radicaalislamitische Hezbollah–militie in het buurland Libanon.
Minister Rice verklaarde vrijdag dat een onmiddellijk staakt–het–vuren van Israël in Libanon geen enkele zin heeft, als daaraan geen politieke voorwaarden voor Hezbollah zijn verbonden. Rice reageerde op de toenemende internationale druk op de joodse staat om de vijandelijkheden tegen de Hezbollah–militie in Libanon te staken. Ze zei dat een bestand een „loze belofte” zou zijn als de onderliggende oorzaken van het conflict niet worden opgelost.De bewindsvrouw riep Israël wel op alles in het werk te stellen om de Libanese burgerbevolking zo veel mogelijk te sparen. Ze sprak ook haar zorg uit over de gevolgen van het geweld voor de vorig jaar op democratische wijze gekozen Libanese regering.
Rice zei verder dat de VS niet onwelwillend staan tegenover het idee van een internationale troepenmacht om de grens tussen Israël en Libanon te bewaken. Zo’n troepenmacht moet wel „krachtig” zijn, zei ze. De minister liet voorts weten dat de VS er geen deel van uit zullen maken.
Tijdens haar reis in het Midden–Oosten wil Rice Israël en de Westelijke Jordaanoever bezoeken, om daar met respectievelijk de Israëlische premier Olmert en de Palestijnse president Abbas te spreken. Rice gaat ook naar een top over de de huidige crisis in het Midden–Oosten, die woensdag in de Italiaanse hoofdstad Rome wordt gehouden. Volgens Amerikaanse diplomaten streeft minister Rice naar een permanente oplossing voor het conflict tussen Jeruzalem en Hezbollah.
Israël riep vrijdag duizenden reservisten op. Israëlische media meldden dat de militaire aanwezigheid in het noorden van Israël en het zuiden van Libanon al flink is uitgebreid. Brigade–generaal Alon Friedman bevestigde in de krant Maariv dat de grondoperaties in de komende dagen mogelijk zullen toenemen.
Duizenden Israëlische militairen zouden al actief zijn in het Libanese grensgebied. Tot nu toe werd er vanuit gegaan dat kleine commando–eenheden kortstondige operaties uitvoerden. Bij die operaties stuiten zij echter op veel verzet, waarbij Israëlische militairen sneuvelden.
Honderdduizenden inwoners van het zuiden van Libanon kregen van Israël het dringende advies „onmiddellijk” te vluchten. Jeruzalem wil mogelijk een diepe bufferzone in Zuid–Libanon aan de grens met Israël instellen. Op die manier moet worden voorkomen dat Hezbollah Israël nog langer met raketten beschiet.
In het Israëlische havenstad Haifa raakten vrijdagmiddag zeker negentien mensen gewond door Hezbollah–raketten. De sjiitische beweging heeft de afgelopen negen dagen al bijna duizend projectielen afgeschoten op de joodse staat, aldus een militaire woordvoerster. Bij deze aanvallen kwamen tot dusver vijftien burgers om, onder wie acht in Haifa.
De Hezbollah–militie weigert ondanks de zware en toenemende militaire druk van Israël en internationale politieke druk in te binden. De beweging wees het voorstel van VN–secretaris–generaal Kofi Annan voor een staakt–het–vuren van de hand. Annan wil ook dat Hezbollah de door de beweging ontvoerde twee Israëlische militairen vrijlaat. „Het enige voor ons aanvaardbare is een onvoorwaardelijk staakt–het–vuren gevolgd door indirecte onderhandelingen en gevangenenruil”, aldus Hezbollah–parlementslid Hussein Hajj Hassan.