Eerste na-oorlogse top drie erfgenamen Joegoslavië
De drie felste kemphanen uit het voormalige Joegoslavië, Bosnië, Kroatië en het huidge Joegoslavië, zijn maandag voor het eerst sinds de recente afscheidingsoorlogen (1991-1995) op een topconferentie verenigd.
De presidenten van Joegoslavië en Kroatië, respectievelijk Vojislav Kostunica en Stipe Mesic, zijn maandag in Sarajevo aangekomen voor een topontmoeting met hun ambtgenoten van Bosnië-Herzegovina. Door de etnische samenstelling van dat nog steeds verdeelde land heeft Bosnië drie mannen aan de top die gezamenlijk het presidentsschap vervullen.
De top gaat vooral over economische samenwerking, strijd tegen criminaliteit en terrorisme en over vluchtelingenkwesties. De veiligheidsmaatregelen in Sarajevo zijn streng. De door de NAVO gedomineerde troepenmacht SFOR heeft controleposten rond de stad ingericht. In de namiddag komen de leiders met een gezamenlijke verklaring over hun historische bijeenkomst.
Het oude Joegoslavië is door toedoen van Kroaten, Bosnische moslims en Serviërs bloedig uiteengevallen. Het was als koninkrijk van Serven, Kroaten en Slovenen verrezen uit de puinhopen van het multi-etnische ’mozaïek’ Oostenrijk-Hongarije.
Mede door financieel wanbeleid van de Servische machthebber Milosevic hield het rijkere Slovenië het als eerste voor gezien. Het land scheidde zich relatief vreedzaam af in de zomer van 1991. In Kroatië en Bosnië-Herzegovina verliep de afscheiding uiterst traag en bloedig met talrijke etnische zuiveringen, voor een deel gepleegd door Servische Joegoslaven die zich fanatiek tegen de afscheidingen keerden.
De oorlog duurde tot 1995. Bosnië-Herzegovina is nog steeds slechts een door de internationale gemeenschap gesponsorde kunstmatige federatie van etnische districten. Macedonië scheidde zich relatief vreedzaam af in 1991. Servië en Montenegro hielden als Joegoslavië een etnisch Servische federatie in stand.