Sardinië slaat alle schepen van zich af
ROME - De linkse gouverneur van Sardinië verjaagt de nucleaire Amerikaanse onderzeeboten van zijn eiland. De volgende schepen die hij op de korrel heeft zijn de luxe jachten van toeristen.
Na ruim dertig jaar verlaat de Amerikaanse marine het strategisch gelegen Sardinië. Eind mei kondigde de Amerikaanse ambassadeur het besluit aan na besprekingen met de Sardijnse gouverneur Renato Soru. „We zijn hier dertig jaar geweest, en het is goed dat we gaan”, zei ambassadeur Ronald Spogli in Cagliari, de hoofdstad van Sardinië.Maar het lijkt er niet op dat de Amerikanen Sardinië zo graag verlaten. De basis in La Maddelena huisvest het 22e squadron van nucleaire onderzeeboten, dat volgens berichten in de Italiaanse pers een belangrijke rol speelde bij militaire operaties in de Golf.
De basis is al jaren een doorn in het oog van de Sardijnen, onder meer wegens het risico van nucleaire straling. Dat het een Amerikaanse basis is waarover Italië niets te zeggen heeft, wekt ook negatieve gevoelens.
Het gebied dat de basis inneemt, is een nationaal natuurpark. „Het enige natuurgebied ter wereld met nucleaire onderzeeërs”, zei de 48-jarige Renato Soru vorig jaar in een interview met deze krant.
Voor Soru, die in 2004 als linkse kandidaat tot gouverneur werd gekozen, is het vertrek van de Amerikanen het inlossen van een verkiezingsbelofte. Zijn druk op de Amerikanen is groot geweest, ook al wilde hij niet inspelen op anti-Amerikaanse gevoelens. „Ik wil de Amerikanen niet wegsturen, maar ik wil dat ze gaan”, zei hij enigszins raadselachtig. „Ik ben niet tegen de Verenigde Staten en zie de noodzakelijkheid van Defensie in, maar ik denk dat we die last voor dertig jaar hebben gedragen. Het is nu tijd voor anderen om hun verantwoordelijkheid te nemen.”
Met het vertrek van de Amerikanen, waarvoor nog geen tijdsschema is opgesteld, komt het natuurgebied La Maddalena vrij voor ontwikkeling. „Toerisme en defensie gaan niet samen”, vindt de gouverneur.
Soru, die ook in Nederland enige bekendheid geniet als oprichter van het internetbedrijf Tiscali (een Sardijns woord dat ”grot” betekent), heeft een duidelijk idee over toerisme. De wat norse ondernemer heeft in 2005 een halt toegeroepen aan bouwen aan de kuststrook. „Ik wil vermijden dat mijn eiland een langgerekte kuststad wordt”, zegt Soru.
Vanaf nu is het motto: niet bouwen, maar herbouwen. Sinds het eiland in de jaren ’60 werd ontdekt als toeristische zon- en zeebestemming, hebben projectontwikkelaars de jaren van hun leven gehad.
Soru is met zijn revolutionaire ideeën in aanvaring gekomen met onder anderen Berlusconi, die in Sardinië een enorm buitenverblijf aan zee heeft en telkens nieuwe bouwplannen heeft.
Soru heeft met zijn decreet ook een oorlogsverklaring afgegeven aan de projectontwikkelaars van toeristendorpen. „Het toerisme van nu bestaat grotendeels uit gasten die naar Sardinië vliegen en hun intrek nemen in een uit de grond gestampt vakantiedorp, dat meestal beheerd worden door niet-Sardijnse ondernemingen. De gasten leven er geïsoleerd, ze hebben geen contact met de bevolking, ze kennen onze keuken niet, en ook niet onze 7000 jaar oude geschiedenis.”
Soru wil zich richten op de reiziger die het eiland rondtrekt en zijn geld direct uitgeeft. „Liever zo iemand dan vijf bezoekers van een vakantiedorp.”
Ondanks de stop op bouwen aan de kust, is volgens Soru het bouwwezen niet in crisis geraakt. „Een vakantiedorp is in zo’n tien maanden gebouwd met geprefabriceerd materiaal afkomstig van buiten het eiland. Het biedt slechts voor korte tijd werkgelegenheid.”
De bouw heeft er volgens Soru alleen maar baat bij als er vooral verbouwd (of gerestaureerd) wordt. „Het brengt werk aan lokale handnijverheidslui die werken met lokale materialen.”
Soru nodigt buitenlanders uit eens een bezoek te brengen aan al die oude dorpen die weliswaar niet aan de kust liggen, maar er wel vlakbij, en waar door ontvolking karakteristieke huizen leegstaan. „Koop of huur daar”, meent hij. Mogelijk heeft hij het voorbeeld van Toscane voor ogen, waar karakteristieke dorpen opleven door import van buitenlandse rijken.
Maar nog voordat zijn ’Toscaanse’ ideeën werkelijkheid worden, lijkt hij van plan de rijke toeristen nu al een belemmering op te leggen. Sinds 1 juni geldt de regeling dat jachteigenaars die niet in Sardinië wonen en hun anker in een haven willen uitwerpen, een belasting moeten betalen. Die kan oplopen tot 15.000 euro per jaar. „Dertig jaar werken wordt tenietgedaan”, klaagde de havenopzichter van het rijkeluisdorpje Portorotondo al.