Positie gezin in EU onder druk
BRUSSEL - Een van elke zes zwangerschappen in de EU eindigt met een abortus. Het aantal echtscheidingen is de afgelopen 25 jaar met de helft gegroeid. Deze en andere cijfers staan vermeld in een rapport over de positie van het gezin in Europa.
Ze zijn verzameld door The Institute for Family Policy (IFP), een internationale organisatie die onafhankelijk van politiek en religie probeert erkenning te verwerven voor „de sleutelrol die de basiseenheid van man, vrouw en kinderen speelt binnen de samenleving.” De bevindingen werden dinsdag gepresenteerd in het gebouw van het Europees Parlement in Brussel.IFP concludeert dat het gezin „in een slechte gezondheid” verkeert. „Het beeld is sinds 1980 op een verontrustende wijze achteruitgegaan. Allerlei trends vertonen een negatieve ontwikkeling”, benadrukte Lola Velarde, voorzitter van het Europese netwerk van de beweging. Zij constateerde dat het in de voorbije periode heeft ontbroken aan de politieke wil tot een ondersteunend beleid in deze sfeer. „Er bestaat geen commissie voor binnen de Unie. Die wijdde er zelfs geen groenboek aan.”
Ieder jaar worden er in de EU bijna een miljoen abortussen gepleegd. Tot 1998 was er sprake van een fors dalende lijn, maar daarna ging het weer gestaag in opwaartse richting. Frankrijk voert de ranglijst aan, gevolgd door Groot-Brittannië, Duitsland en Spanje. Qua toename spant laatstgenoemd land de kroon, met een stijging sinds 1995 van 75 procent. België (plus 50 procent) en Nederland (plus 45 procent) zijn de nummers twee en drie in dit verband. Al met al is abortus samen met kanker de voornaamste doodsoorzaak in Europa, stelt het instituut vast.
Het pleit er bij de overheden voor alternatieven te promoten voor de afbreking van een zwangerschap, waaronder hulp voor ongehuwde moeders. „Abortus is een drama voor een vrouw. Veruit het merendeel van hen zal ervan afzien als er een andere oplossing wordt aangereikt. Er mag geen culturele, economische of politieke druk zijn om tot de ingreep te besluiten, bijvoorbeeld in de zin van een noodzaak te moeten blijven werken omdat een gezin het met één salaris niet redt”, zegt Velarde.
Het aantal echtscheidingen bedraagt momenteel jaarlijks eveneens zo’n 1 miljoen, tegen rond de 640.000 in 1980. Portugal, Italië en Spanje laten de hoogste stijgingspercentages aantekenen.
Vandaag de dag wordt een op de drie kinderen geboren buiten het huwelijk, tegen nog geen 10 procent een kwarteeuw geleden. Zweden loopt voorop met 55 procent. Daarna komen Denemarken en Frankrijk (elk 45 procent) en Groot-Brittannië (42 procent).
De gemiddelde leeftijd waarop Europeanen hun eerste baby krijgen, is geklommen van 27 jaar in 1980 naar 30 jaar nu. Ook trouwen zij later: onder vrouwen een verschuiving van 23 naar 28 jaar en onder mannen van 26 naar 31 jaar. Het kindertal zakte van 1,88 naar 1,5. Als gevolg daarvan vergrijst de bevolking en zal die na 2025 krimpen.