Volgens de Oekraense minister van Buitenlandse Zaken Boris Tarasjoek is de rampspoed die Oekrane bijna 75 jaar gelden trof onvoldoende erkend als misdaad tegen de menselijkheid. Tijdens wat in Oekrane de Grote Hongersnood is gaan heten kwamen in 1932 en 1933 mogelijk tien miljoen mensen om het leven. De ramp was grotendeels het werk van de toenmalige sovjetleider Jozef Stalin, die met harde hand de gedwongen collectivisering van landbouwbedrijven doorvoerde, waardoor een groot aantal boeren het leven liet en de voedselproductie grotendeels tot stilstand kwam.Verscheidene landen hebben de hongersnood al betiteld als genocide en volgens de Oekraense regering is het tijd dat ook voormalige sovjetrepublieken de gevolgen van de collectivisering en de daardoor ontstane hongersnoden in een historisch juiste context plaatsen.

De oproep van de Oekraense regering werd vrijdag tijdens een bijeenkomst in Moskou echter al direct verworpen door Rusland en vier andere voormalige deelrepublieken van de Sovjet–Unie. Volgens de Russische minister van buitenlandse zaken Sergej Lavrov is de kwestie een zaak voor historici en niet voor politici. Tarasjoek stelt dat Rusland zich op veel terreinen probeert op te werpen als de opvolger van de Sovjet–Unie ‘behalve als het gaat om misdaden die uit naam van het communisme zijn gepleegd’.