De Dienst Wonen maakte de resultaten van het tweejaarlijkse onderzoek Wonen in Amsterdam donderdag bekend.Het aandeel huurwoningen, zowel sociaal als particulier, is de afgelopen twee jaar gedaald. Ruim de helft (53,8 procent) van het woonaanbod bestaat nog wel uit sociale woningbouw. In totaal zijn er ruim 200.000 sociale huurwoningen. Iets minder dan een kwart van het aantal woningen wordt in de vrije sector verhuurd. In totaal zijn er in 2005 bijna 84.000 particuliere huurwoningen, in 2003 waren dat er nog 89.000. Voor het eerst zijn in Amsterdam meer koopwoningen dan particuliere huurwoningen.

Begin 2005 bestond de woningvoorraad in Amsterdam uit 376.000 zelfstandige woningen. De groei van het aantal koopwoningen doet zich in de hele stad voor. Vooral het aantal verkochte huurwoningen heeft voor deze toename gezorgd. Ook is de groei te verklaren door de komst van veel nieuwbouwwoningen.

Het aantal duurdere huurwoningen is gedaald, als gevolg van de verkoop van dergelijke huurwoningen. De gemiddelde huur van alle zelfstandige huurwoningen was in mei 2005 361 euro. Dit is 29 euro meer dan in 2003. Voor een huurwoning in de sociale sector zijn de bewoners per maand 336 euro kwijt, voor een woning in de particuliere sector 425 euro.

Het aantal huishoudens dat een beroep doet op een sociale huurwoning, is de afgelopen twee jaar met een fractie toegenomen van 35 procent naar 35,2 procent, een totaal van 2000 huishoudens. Voor 2003 was juist een sterke afname van deze doelgroep te zien. De geringe toename in de afgelopen twee jaar, is ondanks de economische recessie, een gevolg van de groei van het aantal koopwoningen, waardoor meer midden– en hogere inkomens in de stad blijven wonen. Het aantal huishoudens in Amsterdam dat in aanmerking komt voor een sociale woning, is lager dan het beschikbare aantal sociale huurwoningen.