Dat heeft Roberts Jurkis, vicevoorzitter van de juridische commissie van de honderd zetels tellende Saeima, dinsdag gezegd. Het gaat om een gewijzigde versie van een wet die twee jaar geleden door het parlement werd aangenomen, maar door president Vaira Vike-Freiberga teruggestuurd.„Hiermee kunnen we deze zaak voor eens en voor altijd afsluiten”, zei Jurkis. „Anders wordt hij elk jaar opnieuw opgerakeld.”

De meeste KGB-dossiers zijn naar Moskou meegenomen toen de Sovjetinlichtingendienst in 1992 uit Letland verdween. De achtergebleven dossiers bevatten alleen gegevens over informanten die actief waren in 1991.

Sinds 1994 kunnen Letten hun eigen dossier inzien. Openbaarmaking gebeurt alleen als iemand die informant is geweest bij de overheid of de politie wil gaan werken. De baan gaat dan aan diens neus voorbij.

Jurkis zei dat de lijst met namen op zijn vroegst in 2007 zou worden gepubliceerd, om de parlementsverkiezingen van november niet te beïnvloeden en om mensen die menen dat zij ten onrechte op de lijst staan, in de gelegenheid te stellen verhaal te halen bij de rechtbank. Kunnen zij hun onschuld bewijzen, dan wordt dat op de lijst achter hun naam vermeld, zei hij.

Vike-Freiberga heeft de eerste versie van de wet verworpen omdat daar niet duidelijk in stond wie toegang zou krijgen tot de dossiers. Voor commentaar op de nieuwe versie is het nog te vroeg, zei haar woordvoerster.

Twee leden van de juridische commissie die de Russisch-sprekende minderheid vertegenwoordigen, hebben bezwaar gemaakt tegen publicatie van de namen, zei Jurkis.