NASA: IJskap Groenland verrast de wereld
SAINT LOUIS - Als de Groenlandse ijskap totaal wegsmelt, stijgt de zeespiegel wereldwijd met 7 meter. Zover is het nog niet, maar dat het sneller gaat dan vrijwel iedereen nu denkt, is voor een groep Amerikaanse onderzoekers zeker.
Een wereldstad als Los Angeles (VS) gebruikt per jaar met meer 5 miljoen inwoners zo ongeveer 1 kubieke kilometer drinkwater. Niet minder dan 224 kubieke kilometer smelt er jaarlijks af van alleen al de Groenlandse ijskap. Dat is meer dan waar iedereen in schattingen tot nu toe rekening mee houdt, zo verklaarde NASA-onderzoeker Eric Rignot gisteren op een persconferentie. Een jaar of tien geleden smolt er jaarlijks nog geen 150 kubieke kilometer van die ijskap af.Rignot waarschuwde zijn collega-klimaatwetenschappers vanuit Saint Louis aan de Mississippi. Daar houdt de American Association for the Advancement of Science (AAAS), ’s werelds grootste wetenschappelijke organisatie, haar jaarvergadering. Amerikaanse wetenschappers praten elkaar daarop in een dag of vijf bij over hun onderzoek van het afgelopen jaar.
Een paar weken geleden legde president Bush een hoge NASA-baas nog een spreekverbod op over alles wat met klimaatverandering heeft te maken. De ruimtevaartorganisatie zou onnodig paniek zaaien; bovendien wil de regering-Bush niet aannemen dat er sprake zou zijn van klimaatverandering waarvan de uitstoot van broeikasgassen van verkeer en industrie de oorzaak zou kunnen zijn. Uitgerekend een NASA-wetenschapper maakte gisteren in Saint-Louis namens zijn onderzoeksgroep bekend dat de Groenlandse ijskap de wereld nog voor verrassingen kan plaatsen.
„Noemt u onder druk van de regering niet het woord klimaatverandering in uw publicatie?” Die onvermijdelijke vraag kreeg Rignot gisteren op zijn persconferentie. Maar hij kon frank en vrij schrijven, verklaarde Rignot. Zijn artikel over de Groenlandse ijskap staat in het gisteren verschenen nummer van het in wetenschappelijke kringen hoogaangeschreven weekblad Science. Dat is de wekelijkse periodiek van de AAAS, goed voor ongeveer een miljoen lezers.
Het woord klimaatverandering mag dan in Rignots publicatie ontbreken, de cijfers die hij biedt, hebben er alles mee te maken. Het bijzondere aan zijn verhaal is dat klimaatonderzoekers tot nu toe geen rekening hebben gehouden met iets dat hij tijdens zijn werk heeft ontdekt.
De Groenlandse ijskap smelt niet alleen, gletsjers aan de rand daarvan, de uitlopers in de richting van de omringende zee, verplaatsten zich in een beduidend hoger tempo dan tot nu toe is aangenomen. Niemand houdt daar in cijfers over zeespiegelstijging rekening mee, aldus Rignot. „Bovendien snappen we nog niet zo veel van de beweging van smeltend ijs.”
Per saldo, becijferde de NASA-onderzoeker, verdubbelde de laatste tien jaar de hoeveelheid ijs die de Groenlandse gletsjers jaarlijks verliezen. Daar komt bij dat het eind volgens hem niet in zicht is. „De temperatuur van de lucht steeg daar de afgelopen jaren met ongeveer 3 graden Celsius. Zo’n periode hebben we eerder in de jaren twintig van de vorige eeuw ook gesignaleerd, maar daarna werd het weer kouder. Daar ziet het nu zeker niet naar uit.”
Die temperatuurstijging heeft tot gevolg dat er gletsjers zijn die 100 meter minder dik zijn dan een jaar of tien geleden en in die tijd daarnaast 10 tot 15 kilometer korter werden. Dat ze nu ook sneller in de richting van de omringende zee bewegen, moet volgens Rignot nog in nieuwe modellen van bijvoorbeeld het IPCC, het klimaatbureau van de Verenigde Naties, worden opgenomen.
Steeg de zeespiegel in 1996 met 0,23 millimeter per jaar als gevolg van het smelten van de Groenlandse ijskap, in 2005 was dat 0,57 millimeter. De totale jaarlijkse zeespiegelstijging ligt nu op 3 millimeter.
Voor Rignot is het zeer de vraag of het hierbij blijft. Uit zijn onderzoek blijkt dat het vooral de oostelijke en zuidelijke gletsjers zijn waar de laatste jaren meer beweging in zit. „De zuidelijke helft van Groenland reageert op wat wij denken dat klimaatverandering is. De noordelijke helft wacht nog af.”
Maar ook daar ziet hij al signalen van verandering. Tot dramatische getallen over op handen zijnde zeespiegelstijging laat Rignot zich niet verleiden: „Ik kan geen exacte cijfers geven, maar het zal de schattingen van nu zeker opstuwen.”