Israël sloopt deel gebouw Palestijnse Autoriteit
Het complex van de Palestijnse Autoriteit in Hebron is vrijdag gedeeltelijk door het Israëlische leger gesloopt. Terwijl een bulldozer een muur ramde namen tanks het gebouw, dat sinds vier dagen wordt belegerd, onder vuur. Israël eist de overgave van gewapende Palestijnen die zich er hebben verschanst.
In de loop van de dag arriveerde de Palestijnse oud-minister Talal Sidr bij het gebouw, dat hij binnenging om over de overgave van vijftien door Israël gezochte Palestijnen te onderhandelen. Toen hij na een klein uur naar buiten kwam, zei hij niemand te hebben kunnen vinden, maar hij sloot niet uit dat in zwaarbeschadigde delen van het gebouw, die hij niet kon bereiken, mensen zaten. Ongeveer een kwart van het gebouw is door het leger verwoest.
Het Israëlische leger heeft zeven van de acht grootste steden op de Westoever bezet en de Palestijnse Autoriteit riep de wereldleiders die in Canada bijeen zijn voor een top van de G-8 vrijdag op waarnemers te sturen „om de tenuitvoerlegging van een bestand te garanderen.”
Donderdag vuurden Israëlische helikopters al vier raketten af op het drie verdiepingen tellende gebouw van de Palestijnse Autoriteit in Hebron. Het leger heeft gedreigd het gebouw te bestormen als de gewapende Palestijnen niet uit zichzelf naar buiten komen.
Bij gevechten rond het complex zijn tot dusver vier doden gevallen. Sinds de belegering begon zijn ongeveer 150 mensen naar buiten gekomen. Onder hen waren volgens Israëlische zegslieden zeker twintig figuren die gezocht werden in verband met terreuraanslagen. In het complex zouden zich nog rond de veertig mensen bevinden, van wie zeker vijftien die worden gezocht.
De situatie in Hebron doet denken aan die in Bethlehem, waar het Israëlische leger dit voorjaar 38 dagen lang de Geboortekerk belegerde, waar zich eveneens Palestijnse militanten hadden verschanst. Aan de belegering kwam een eind na moeizame onderhandelingen, waarbij de Verenigde Staten, Europa en het Vaticaan waren betrokken. Anders dan in het geval van de Geboortekerk, een van de heiligste plekken van het christendom, voelen de Israëliërs zich niet geremd om het complex van de Palestijnse Autoriteit in Hebron onder vuur te nemen.
„We weten dat er enkele gezochte personen binnen zitten en we zijn van plan die te arresteren”, zei legerwoordvoerder Ron Kitrey voor de Israëlische legerradio. „We doen dat het liefst zonder geweld, maar als dat nodig blijkt, zal er worden gevochten.”
In dorpen in de buurt van Jeruzalem, Bethlehem en Hebron pakten het Israëlische leger en de grenspolitie gisternacht zes Palestijnen op die worden verdacht van terroristische activiteiten.
De geestelijk leider van de militante islamitische verzetsbeweging Hamas, sjeik Ahmed Yassin, woonde vrijdag in Gaza een demonstratie bij van ruim 1000 Palestijnen, ondanks het huisarrest dat hem afgelopen zondag door de Palestijnse Autoriteit zou zijn opgelegd.
Palestijnse politieagenten lieten Yassin ongemoeid. De sjeik, die vergezeld ging van een aantal gewapende lijfwachten, zei van geen huisarrest te weten. „Niemand heeft mij daarover verteld en daarom ben ik hier vandaag”, zei hij.
Hamas heeft de verantwoordelijkheid opgeëist voor een bomaanslag op een bus in Jeruzalem die vorige week aan negentien Israëliërs het leven kostte. De aanslag vormde voor Israël mede de aanleiding om de belangrijkste steden op de Westoever te bezetten totdat er een einde komt aan het geweld. Minstens 700.000 Palestijnen zijn daardoor het grootste deel van de dag aan huis gekluisterd.
Op de demonstratie van vrijdag werd de Zesdaagse oorlog van 1967 herdacht, waarin Israël Gaza, de Westoever en Oost-Jeruzalem veroverde. Tijdens de bijeenkomst waren spandoeken te zien met leuzen tegen de oproep van de Amerikaanse president George Bush aan de Palestijnen om andere leiders te kiezen.