In hart van Berlijn herrijst oude stadsslot
Berlijn krijgt zijn stadsslot terug. Woensdag zal de Bondsdag een beslissing nemen over de herbouw van het oude kasteel van de Hohenzollern, het Pruisische vorstenhuis. Nu al twijfelt bijna niemand aan de uitkomst van de stemming. Het slot komt er gewoon.
Het positieve besluit kan voor een belangrijk deel op het conto van de Hamburgse verkoper van landbouwmachines Wilhelm von Boddien worden geschreven. Elf jaar lang ijverde hij voor de wederopbouw van het stadsslot. Waar iedereen al zeker is van de uitslag van de stemming, twijfelt Von Boddien nog. „Ik moet het eerst zien gebeuren. Zoals met veel dingen in het leven kan er ook hier op het laatste moment iets mis gaan. Je weet het nooit helemaal zeker. Maar als alle slotvrienden komen, dan is het voor elkaar en wordt het slot in ieder geval in zijn oorspronkelijke staat herbouwd.”
De Hamburger doelt op de zogenaamde ”variant A”. Dat houdt in dat het slot wordt neergezet zoals het er vroeger uitzag, inclusief de originele façades. Bij ”variant B” krijgt het stadsslot moderne façades. Von Boddien moet er niet aan denken dat voor deze variant wordt gekozen. „Zo het er nu naar uitziet kiest een meerderheid voor het oorspronkelijke stadsslot”, aldus Von Boddien, die woensdag de stemming vanaf de publiekstribune hoopt bij te wonen.
Bij de stemming in de Bondsdag is overigens geen sprake van fractiedwang. De partijen volgen geen bepaalde lijn, iedere parlementariër is vrij in zijn keus. Volgens de initiatiefnemer is de politiek blij dat de herbouw van het stadsslot eindelijk in stemming wordt gebracht. „Het heeft elf jaar geduurd. Men is het gewoon zat.”
Het was in 1950 de communistische DDR-leider Walter Ulbricht die het tijdens de Tweede Wereldoorlog door geallieerde bombardementen beschadigde stadsslot liet opblazen, hoewel de beschadiging zeker niet onherstelbaar was. Maanden kostte het om het slot met de soms metersdikke muren om te leggen. Daarvoor in de plaats kwam het Palast der Republik, een blokkendoos van glas, beton en asbest. Al jaren ligt het in Berlijn ”Mitte” te wachten op de slopershamer.
De kern van het stadsslot dateerde van de vijftiende eeuw. In 1443 streken de Hohenzollern in Berlijn neer en lieten er een slot bouwen. „De hele stad was om het slot gebouwd. Zonder slot is de stad uit balans. Daarom moet het slot er komen. Toen het slot in 1950 werd opgeblazen stortte feitelijk heel Berlijn in elkaar.”
Het is de belangrijkste reden waarom Von Boddien zich voor de wederopbouw heeft ingespannen. Om dezelfde reden is een groot deel van de politici voor wederopbouw van het slot. De dom, het Zeughaus en andere gebouwen worden pas een eenheid met het slot. Met het stadsslot is het hart uit Berlijn verdwenen, is ieders overtuiging.
Ongetwijfeld heeft het huzarenstukje dat Von Boddien verrichtte hiertoe bijgedragen. Hij liet in 1993 op de plek waar het slot in het verleden stond een levensgroot beschilderd doek ophangen met daarop het slot op ware grootte. De mensen waren enthousiast. Von Boddien kreeg het voor elkaar dat het doek er twee zomers hing. Hij had zijn doel bereikt. Oud-president Von Weizsäcker zei schertsend, maar treffend: „Von Boddien, u hebt ons te pakken. Eerst laat u ons aan het slot wennen en dan neemt u het ons weer af, zodat we ontwenningsverschijnselen krijgen.”
Tijdens het debat stelden critici dat wederopbouw van het slot herinneringen aan Pruisen zal oproepen. Die kritiek kon Von Boddien, die spottend het slotspook en de kasteelheer is genoemd, altijd simpel afwimpelen. „Die mensen kennen de geschiedenis niet. Pruisen kende een militaire traditie, dat is waar. Maar het land maakte ook naam als tolerante natie. En laten we het slot niet met Hitler associëren. Die heeft er nooit gewoond. Hij was trouwens ook geen Pruis.”
Als aanstaande woensdag de beslissing is gevallen zal het nog wel even duren voordat het oude stadsslot herrijst. De initiatiefnemer verwacht dat er over twee jaar begonnen kan worden met de herbouw van het slot. „En dan zal het wel een jaar of zeven duren voordat het gereed is.”
Het slot wordt aan de buitenkant een imitatie van het oude slot. „Dat wordt volledig identiek”, aldus Von Boddien. De binnenkant is een ander verhaal. „Van binnen moet het stijlvol en modern worden, maar niet zodanig dat de mensen een hartaanval krijgen als ze het slot betreden. Dat is moeilijk, maar niet onmogelijk. Daar ligt een uitdaging voor de architecten.”
De Duitser schat de kosten voor de wederopbouw op 575 miljoen euro. „Het ”Kanzleramt” kostte 260 miljoen euro. Het volume van het stadsslot is twee keer zo groot. Dan kom ik voor het stadsslot uit op een bedrag van 575 miljoen euro.”
Von Boddien zal niet op zijn lauweren gaan rusten als de Bondsdag besluit tot herbouw. „Ik zal dan wel een voldaan gevoel hebben, maar daarna ga ik een inzamelingsactie houden. De staat betaalt het kale slot. De façades zijn voor rekening van particulieren. Daarvan bedragen de kosten 75 miljoen euro. Daar ga ik een inzamelingsactie voor opstarten. Ik ga zelfs in de Verenigde Staten langs bij Duitse Amerikanen. Ongetwijfeld willen zij een bijdrage leveren aan de wederopbouw van het oude stadsslot.”
Von Boddien voorziet hier geen problemen. „We moeten ons er wel voor inspannen, maar dat moet lukken. Als de Bondsdag woensdag ja zegt, is het belangrijkste gedeelte van de klus geklaard.”