„Oorlog Irak kost VS ruim biljoen dollar”
NEW YORK - De oorlog in Irak kost de Amerikanen meer dan 1 biljoen (miljoen maal miljoen) dollar en dat kan oplopen tot 2 biljoen. Dat hebben de economen Joseph Stiglitz en Linda Bilmes becijferd in een studie die maandag werd bekendgemaakt.
Stiglitz is voormalig economisch adviseur van president Clinton en oud-medewerker van de Wereldbank. Hij ontving in 2001 de Nobelprijs voor economie. Stiglitz en Bilmes hebben bij hun becijferingen rekening gehouden met de zogenoemde verborgen kosten van de oorlog. Daaronder vallen bijvoorbeeld de kosten voor de verpleging van de 16.000 gewonden en voor de psychiatrische begeleiding van duizenden militairen na hun ervaringen in Irak.Daar komen nog de economische kosten bij, zoals het uitvallen van werkkrachten en de verhoging van de energieprijs, plus het financieringstekort als gevolg van de oorlog in Irak. Volgens Washington heeft de oorlog Amerika tot nu toe 173 miljard dollar gekost. Stiglitz doet dat cijfer af als „bijzonder onrealistisch.”
Volgens Paul Bremer, de Amerikaanse bestuurder van Irak tussen mei 2003 en juni 2004, had Amerika nog meer in de oorlog moeten investeren. Hij vroeg in mei 2004 om meer troepen, maar kreeg die niet. Een woordvoerder van het Amerikaanse ministerie van Defensie bevestigde maandag dit relaas, dat Bremer zondag al in een interview met de omroep NBC deed.
Bremer stuurde toen een memo aan minister van Defensie Rumsfeld met daarin de suggestie dat er zo’n 500.000 Amerikaanse militairen naar Irak zouden moeten worden gestuurd in plaats van de 142.000 die op dat moment in het land aanwezig waren. Bremer schreef het memo op het moment dat de aanslagen door rebellen in Irak een voorlopig hoogtepunt hadden bereikt.
De woordvoerder van het Pentagon liet weten dat Rumsfeld advies vroeg aan de militaire leiding in Irak en vervolgens besloot het aantal militairen niet te verhogen. Bremer verklaarde zondag in het interview dat hij van Rumsfeld nooit enige reactie op zijn memo had gekregen.
Het aanhoudende geweld in Irak kostte maandag weer aan zeker 28 mensen het leven. Zij kwamen om bij een dubbele zelfmoordaanslag in de hoofdstad Bagdad. De incidenten hadden plaats buiten het zwaarbewaakte ministerie van Binnenlandse Zaken. De Iraakse tak van al-Qaida heeft in een verklaring op internet de verantwoordelijkheid opgeëist.
Op het moment van de explosies was 400 meter verderop een parade van agenten aan de gang, meldden veiligheidsdiensten. Daarbij was een aantal hoge functionarissen aanwezig, onder wie de ministers van Binnenlandse Zaken en Defensie en de Amerikaanse ambassadeur Zalmay Khalilzad. De Amerikaanse ambassade liet weten dat Khalilzad ongedeerd is gebleven.
Door de twee ontploffingen, die binnen enkele minuten van elkaar plaatshadden, raakten minstens 25 mensen gewond. De twee daders droegen niet alleen politieuniformen, maar hadden ook moeilijk te verkrijgen veiligheidspasjes bij zich waarmee ze door de controleposten kwamen. Veiligheidsmensen schoten op een van de twee omdat ze vermoedden dat hij explosieven onder zijn kleren had, die daarop inderdaad ontploften. De tweede man blies zichzelf op.
De veertien doden waren politiemensen. Ook is een mortiergranaat afgevuurd, maar die veroorzaakte geen letsel of schade. Een groepering die zichzelf het Leger van de Overwinnende Gemeenschap noemt, heeft gezegd de mortier te hebben gegooid, maar zei niets over de zelfmoordaanslagen.
In de Iraakse hoofdstad Bagdad is een Amerikaanse journaliste ontvoerd. Dat heeft de krant The Christian Science Monitor, waar de 28-jarige Jill Carroll voor schrijft, maandag bekendgemaakt. De Iraakse vertaler van Carroll is vermoord. De ontvoering had zaterdag al plaats, maar de naam van de gegijzelde verslaggeefster is nu pas bekendgemaakt.