Inspectie niet onder de indruk van rapport Onur
SCHIPHOL/HOOFDDORP (ANP) – De Inspectie Verkeer en Waterstaat (IVW) is niet onder de indruk van de conclusie van een Brits onderzoeksbureau dat het vliegverbod voor Onur Air niet terecht was. Dat zei een woordvoerder van de dienst, die toezicht op de luchtvaart houdt, dinsdag.
Het International Bureau of Aviation (IBA) stelt na onderzoek, door Onur Air gefinancierd, dat de Turkse luchtvaartmaatschappij af en toe slordig omsprong met de administratie over onder meer het onderhoud van de vliegtuigen. De toestellen waren echter veilig, stelt de instantie. De incidenten waar de inspectie over rept, komen volgens het IBA ook bij andere luchtvaartmaatschappijen voor.
De IVW, die nog nooit van het Britse bureau heeft gehoord, stelt echter dat juist de administratie bij luchtvaartmaatschappijen bijzonder belangrijk is. De inspectie kan onmogelijk nagaan of een vervoerder veilig is als de papieren niet kloppen, zei de woordvoerder. Bovendien kan een ’papieren’ fout over bijvoorbeeld de belading van een toestel grote gevolgen hebben. Als hierdoor het vliegtuig verkeerd wordt beladen, kan het van de start– en landingsbaan schuiven.
Volgens de inspectie is het vliegverbod in mei juist opgelegd, omdat Onur Air laks omsprong met de veiligheid en niet omdat de toestellen technische gebreken vertoonden. „Het ging niet in eerste instantie om de bouten en moeren. Het draaide om de mens achter de techniek en die was nonchalant”, zei de woordvoerder.
Wel speelde mee het grote aantal incidenten in een korte tijd, verklaarde de IVW. In de periode van een jaar heeft de inspectie 31 zware overtredingen geconstateerd, veel meer dan bij andere luchtvaartmaatschappijen gebruikelijk is.
Onur Air staat nog steeds onder verscherpt toezicht van de IVW. Het bedrijf eist dat die status wordt ingetrokken. De inspectie stelt dat Onur Air tegenwoordig veel beter met de veiligheid omgaat. De Turken hebben grote financiële schade geleden door het vliegverbod. Ze willen dat terugvorderen van de inspectie. Het gaat om zeker 30 miljoen euro.