VS-commissie noemt Nederlands bedrijf
NEW YORK - Van de 4000 bedrijven die indertijd betrokken waren bij het Iraakse olie-voor-voedselprogramma van de VN heeft meer dan de helft steekpenningen betaald aan het regime in Bagdad om aan contracten te komen. Dit blijkt uit het vijfde en laatste rapport van de commissie-Volcker, die anderhalf jaar bezig is geweest om de misbruiken en fraudes rond dit programma te onderzoeken.
Na de Golfoorlog kondigde de VN in 1991 sancties af tegen het regime van Saddam Hussein in Irak. Die sancties bleken echter vooral de bevolking te treffen. Daarom riep de VN het zogeheten olie-voor-voedselprogramma in het leven, dat functioneerde van 1996 tot 2003. Via dit programma kon Irak op beperkte schaal olie verkopen. Van de opbrengst daarvan konden voedingsmiddelen en medicamenten voor de bevolking worden aangeschaft. Dit alles onder toezicht van de VN.Maar er ging veel mis met dit programma, deels door frauderende medewerkers van de VN, verder door een verregaand gebrek aan controles en door een listig systeem van misbruik van dit systeem door het regime in Bagdad. Dat streek via steekpenningen en andere fraudes volgens de commissie-Volcker niet minder dan 1,8 miljard dollar op aan illegale inkomsten. De belangrijkste profiteurs van dit systeem waren Russische en Franse bedrijven, omdat Moskou en Parijs door Bagdad werden beschouwd als ”bondgenoten”.
Daarom schakelden veel bedrijven Russische of Franse tussenpersonen in om aan contracten te komen. Er zijn tal van bekende namen onder de lange lijst van bedrijven die steekpenningen betaalden. In de eerste plaats de Franse Banque Nationale de Paris (BNP), verder Siemens, Volvo-Construction, DaimlerChrysler en tal van andere bedrijven. Het Volcker-rapport noemt ook het Nederlandse bedrijf Vitol Groep.
In het rapport wordt verder de Franse oud-VN-ambassadeur Jean-Bernard Mérimée genoemd, die nu door de Franse autoriteiten aan de tand wordt gevoeld. In een eerder rapport benadrukte Volcker (oud-president van de Amerikaanse centrale bank) al dat de VN het grootscheepse olie-voor-voedselprogramma eigenlijk helemaal niet aankonden. De misstanden rond dit programma zijn volgens de commissie-Volcker dan ook een stimulans om de VN grondig te hervormen om vergelijkbare misstanden in de toekomst te voorkomen.