Dat zei prof. dr. ir. J. H. van Bemmel, hoogleraar medische informatica aan de Erasmus Universiteit Rotterdam, tegen de bijna 200 deelnemers aan de studiedag over schepping, natuurwetenschap en schrifgezag, afgelopen zaterdag in het gebouw van de Erdee Media Groep in Apeldoorn.Bescheidenheid betekent volgens hem niet dat een christen het verstand op nul moet zetten. „De moderne wetenschap heeft waanzinnig veel ontdekt. Neem daar grondig kennis van. Word niet onderuitgehaald door een gebrek aan kennis. Vraag door naar de vooronderstellingen achter een wetenschappelijke theorie. Dat voorkomt een vroege capitulatie voor de wetenschap.”

Drs. T. Zoutewelle, voorzitter van Stichting Creaton sluit zich hierbij aan. „We weten steeds minder goed waar we als christenen staan. Treed de natuurwetenschappen met open vizier tegemoet. Als je getraind bent, zie je dingen die je eerst niet zag. Dan zie je bijvoorbeeld dat de aardlagen en fossielen duidelijk wijzen op een wereldwijde zondvloed. Heel Amerika is aantoonbaar bedekt geweest door oceanen.”

De stilte tijdens het intermezzo dat Van Bemmel inlast in zijn lezing -met dia’s van het heelal en de natuur- is veelzeggend. „Waar durven we over te praten als je dit ziet? We kunnen een heel eigen interpretatie bedenken van de wetenschappelijke waarnemingen die in de lijn ligt met de scheppingsgeschiedenis, maar dan moeten we ons in onacceptabele bochten wringen. Het creationisme gaat soms te ver.”

Ook de Canadese hoogleraar wiskunde dr. J. Byl wijst op de beperkingen van menselijke kennis. „Bedenk dat wetenschappelijke theorieën menselijke bouwsels zijn. Alleen de directe waarnemingen kunnen we als feiten beschouwen. Er zijn echter meerdere theorieën te bedenken die dezelfde waarneming verklaren.”

Welke theorie is dan de juiste? Volgens Byl moeten de theorieën beoordeeld worden in het licht van de Bijbel. „Ik ga ervan uit dat alles wat de Bijbel ons leert, waar is.” Een wat ruimere verklaring van Genesis 1 wijst hij daarom resoluut van de hand. „Als we de dagen van Genesis niet willen verklaren als korte perioden van licht en duisternis, komen we onvermijdelijk in conflict met het bijbelse feit. En als het eerste hoofdstuk al fout is, waarom zou je dan verder nog iets van de Bijbel geloven?”

Ook vanuit de grondtekst bezien is er geen enkele reden om dagen als perioden te beschouwen, betoogt de oudtestamenticus prof. dr. P. A. Siebesma. „Als je Genesis 1 leest, kun je niet anders concluderen dan dat het daar gaat om de historische beschrijving dat God hemel en aarde schiep in zes dagen. Het gaat niet om een visioen dat Mozes heeft gezien en ook niet om een gedicht dat kunstmatig in zes delen is verdeeld.”

Evenmin geven de eerste twee verzen van Genesis ruimte aan de zogenaamde restitutietheorie, die in evangelische kringen veel aanhangers heeft, aldus Siebesma. „Het tweede vers -„de aarde nu was woest en ledig”- is nodig om de volgende verzen te kunnen begrijpen. De gedachte dat de aarde woest en ledig wérd na een eerste schepping en vervolgens is herschapen, wordt vanuit het Hebreeuws niet gesteund.”

De meningen over de herkomst van de dood in de wereld lopen tijdens de forumdiscussie uiteen. Van Bemmel: „Dit is een vraagstuk, zwaar om te tillen. Maar zou het schitterende evenwicht in de dierenwereld na de val totaal anders zijn geworden? Ik denk het niet en ik denk dat de dood er altijd al geweest is. Maar dat is speculatie.”

Een reactie uit de zaal: „Dit druist lijnrecht tegen de Bijbel in. Het is mogelijk dat vlees eten een noodreactie van het leven is op nieuwe omstandigheden die veroorzaakt zijn door onze zonde. Vleeseters treffen we namelijk pas in de bovenste aardlagen aan.”

Drs. J. A. van Delden: „Ik ben niet bij voorbaat tegen een wat ruimere exegese, ook op dit punt. God wees Job op de wilde dieren en zei: „Zie hoe Ik ze gemaakt heb.” Niet: „Wat jammer dat ze zo geworden zijn.” Een ruimere uitleg mag echter niet voortkomen uit een knieval voor de wetenschap. Dan is het een eerste stap in het loslaten van de Schrift.”

„Zonder de kennis van Christus en zijn verlossingswerk gaan we aan de Schepper voorbij”, aldus de Apeldoornse emeritus predikant ds. W. Chr. Hovius. Hij citeerde ds. G. Boer: „Het is de bril waardoor we naar de wereld en onszelf kijken. De glazen van deze Woord-bril zijn roodgekleurd door Zijn bloed. Heel de wereld en ook wij staan er daarom gekleurd op, in ons gevallen bestaan. Maar de wijsheid van God in schepping en verlossing nemen we dan pas goed waar.”