Dengue groter gevaar dan vogelgriep
BANGKOK (IPS) - Jaarlijks raken bijna 50 miljoen mensen besmet met dengue, een ziekte waartegen geen medicijn of vaccin bestaat en die in sommige varianten dodelijk kan zijn.
Singapore, de Filipijnen, Thailand en Indonesië kampen dit jaar met verontrustend veel gevallen en Maleisië staat op de rand van een epidemie. Maar de angst voor een mogelijke vogelgrieppandemie die ook het Westen bedreigt, verdringt dengue naar de achtergrond.Reizigers naar Afrika, Azië, Midden- en Zuid-Amerika en de Caraïbische eilanden hebben al wel van dengue of knokkelkoorts gehoord. De ziekte ontstaat nadat iemand is gestoken door een mug die het denguevirus draagt. De infectie uit zich door koortsperioden, hevige pijnen en huiduitslag. Bij de ernstigste variant, die tot inwendige bloedingen leidt, kan de patiënt in shock raken en zelfs sterven.
Het aantal gevallen van dengue neemt al een tijd toe. Dit jaar slaat de ziekte bijzonder hevig toe in Zuidoost-Azië. Maleisië staat op het punt een dengue-epidemie af te kondigen omdat alleen al in de laatste week van september 752 gevallen opdoken, dubbel zo veel als in de laatste week van augustus. Dit jaar liepen al meer dan 27.000 inwoners de ziekte op, bij 70 van hen met dodelijke afloop. Vorig jaar waren er over het hele jaar 33.000 gerapporteerde gevallen en 102 doden.
Indonesië telde dit jaar al 48.000 gevallen en 600 doden. In de Filipijnen staat de macabere teller op 17.340 gevallen en 197 doden, eenvijfde meer dan vorig jaar. In Thailand velde dengue bijna 31.000 mensen, en bij 46 liep de ziekte fataal af. Singapore rapporteerde dit jaar al bijna 11.000 gevallen en 11 doden.
Ter vergelijking: vogelgriep, die andere ziekte die in de regio woedt en waartegen de Wereldgezondheidsorganisatie onlangs wereldwijd alarm sloeg, doodde sinds januari vorig jaar 62 mensen. Maar de Wereldgezondheidsorganisatie kondigde recent aan dat een gemuteerde vorm van het vogelgriepvirus overdracht van mens op mens zou mogelijk maken en 5 à 150 miljoen levens kan eisen - ook in het Westen. De cijfers werden dan wel meteen gecorrigeerd tot 2 à 7,4 miljoen doden, maar de onheilstijdingen maken dat iedereen koortsachtig zoekt naar een vaccin.
En dat is een ander verschil met dengue. Die ziekte is al sinds de jaren ’50 bekend en komt intussen in zestig landen voor. Volgens de Wereldgezondheidsorganisatie loopt tweevijfde van de wereldbevolking elke dag het gevaar de ziekte op te lopen. Toch bestaan er nog steeds geen medicijnen of injecties om knokkelkoorts te voorkomen of te genezen. De enige manier om zich tegen knokkelkoorts (ook de ernstige vorm) te beschermen, is te voorkomen dat men tussen zonsopgang en zonsondergang wordt gestoken door muggen die het virus overdragen.
Is het dan extreem moeilijk om een vaccin tegen dengue te ontwikkelen? Bedrijven hebben niet geïnvesteerd in onderzoek naar vaccins tegen ziekten die vooral de armen treffen, zegt onder meer Unicef, het Kinderfonds van de Verenigde Naties. Er is „geen markt voor.” Gelukkig bevestigen uitzonderingen de regel. De Thaise arts-onderzoeker Suthee Yoksan werkt al 25 jaar mee aan een project om een denguevaccin te ontwikkelen, en er gloort eindelijk hoop aan de horizon. Het vaccinontwikkelingscentrum aan de Thaise Mahidol-universiteit waar hij aan het hoofd staat, hoopt in 2007 te kunnen beginnen met het testen van een mogelijk vaccin tegen dengue bij kinderen. „Het zal dan nog twee jaar duren voor we het middel, bij gebleken geschiktheid, kunnen invoeren”, zegt Suthee.