Buitenland

Amerikanen stappen massaal op de fiets

NEW YORK - Er is een revolutie aan de gang in de Verenigde Staten. De Amerikanen laten hun auto vaker staan en stappen massaal op de fiets.

Van onze correspondent
6 October 2005 08:43Gewijzigd op 14 November 2020 03:02

In de afgelopen twaalf maanden zijn er in de Verenigde Staten 19 miljoen fietsen verkocht, zegt Tim Blumenthal, directeur van Bikes Belong, een organisatie die namens een aantal fietsproducenten de verkoop van fietsen bevordert. „In het verleden bedachten wij allerlei marketingprogramma’s om onze medeburgers op de fiets te krijgen. Maar het afgelopen jaar ging het vrijwel vanzelf, vooral dankzij de steeds verder stijgende benzineprijs.”Volgens de Kamer van Koophandel van New York heeft de fiets met 19 miljoen verkochte exemplaren voor het eerst in vele jaren de auto verslagen. Alleen tijdens het olie-embargo in het begin van de jaren zeventig van de vorige eeuw lag de verkoop van fietsen nog iets hoger. „Ik ging altijd met mijn oude Volkswagentje naar college, maar dat werd te duur. Daarom kocht ik zes maanden geleden mijn eerste fiets. Tot mijn verbazing is de fiets niet alleen veel goedkoper, maar ik ben nu ook sneller door het verkeer”, aldus Erik Lubell, student aan de George Washington University in Washington.

De hoge benzineprijs is belangrijk als verklaring, maar er spelen ook andere factoren mee bij de stijgende verkoop van fietsen, volgens Steve Grove, eigenaar van het New Yorkse bedrijf Bike First, dat fietsen en lichte scooters verkoopt. „Ik hoor mensen milieuargumenten noemen wanneer ze hier een fiets komen uitzoeken, en de factor gezondheid speelt ook mee. Mensen stappen op de fiets om gewicht kwijt te raken of om op gewicht te blijven. Die factoren spelen al langer, maar de alarmerend stijgende benzineprijs is zeker de belangrijkste factor voor de fietsexplosie die wij nu beleven”, aldus Grove.

Tegelijk met de stijgende verkoop van fietsen daalde de verkoop van benzine verslindende auto’s, zoals de populaire SUV (Sport Utility Van), oftewel de luxe terreinwagen, die vorige maand met 43 procent terugviel.

De overheid doet ook het nodige om het gebruik van de fiets te bevorderen. In de begroting voor volgend jaar is een -voor Amerikaanse begrippen bescheiden- bedrag van 3,5 miljoen dollar uitgetrokken voor de aanleg van fietspaden. Het betreft fietspaden in natuurgebieden en niet, zoals bijvoorbeeld in Nederland, aparte fietspaden in de steden langs de belangrijkste verkeersaders. Dat zou hier misschien helpen om het stadsverkeer te verlichten. Volgens het ministerie van Transport in Washington gebruiken Amerikanen hun auto namelijk meer voor boodschappen dan voor woon-werkverkeer.

In 2001 werd het laatste uitgebreide onderzoek gedaan. Het ministerie van Transport noteerde toen per jaar 496 boodschappenritten per gezinsauto per jaar. Dat is aanzienlijk meer dan de 341 ritjes die nog in 1990 werden genoteerd. De gemiddelde lengte van deze ritten is 11,2 kilometer, heen en weer welteverstaan. „Laat de auto thuis en ga op de fiets shoppen; dat zou verstandig zijn, maar dat zie ik de gemiddelde burger nog niet zo gauw doen”, meent Doug Hecox, woordvoerder van de afdeling wegverkeer van het ministerie.

Wat de gemiddelde burger blijkbaar al wel doet, is de auto thuis laten en het openbaar vervoer naar het werk nemen. De bus- en metro-organisaties in grote steden als New York, Dallas (Texas), St. Louis (Missouri) en San Francisco (Californië) meldden in september stijgingspercentages in het aantal passagiers van 14 tot 17 procent. „Dit zijn de sterkste groeicijfers die wij in jaren genoteerd hebben”, aldus William Millar, voorzitter van de Amerikaanse Associatie voor Openbaar Vervoer.

Na de orkanen Katrina en Rita spoorde president Bush zijn medeburgers aan om de auto minder te gebruiken. „Als je een geplande trip niet dringend moet maken, blijf dan thuis”, aldus Bush in Texas nadat hij de schade van orkaan Rita had aanschouwd. Katrina en Rita schakelden de olieproductie in de Golf van Mexico uit en zorgden voor de uitval van 25 procent van Amerika’s raffinagecapaciteit. Washington voorziet voor de komende maanden niet alleen tekorten, maar ook distributieproblemen. „Ik zal alle overheidsorganisaties aansporen om zuiniger met energie om te springen en ik wil er bij ons personeel op aandringen gebruik te maken van het openbaar vervoer”, aldus Bush.

De olieproductie komt langzamerhand weer op gang en de schade aan raffinaderijen in Texas, Louisiana en Mississippi is binnenkort hersteld, maar dat betekent geen terugkeer naar vroeger tijden. Tenminste, als het aan minister van Energie Samuel Bodman ligt. Hij kondigde eerder deze week een programma aan dat alle burgers en bedrijven aanspoort om zuiniger om te springen met energie. Dat is een revolutie voor Amerika als men bedenkt dat vice-president Cheney zo’n beleid in 2001 nog misprijzend afwees als „volstrekt onpraktisch.”

Hoeveel Bodman concreet aan energie wil besparen, is nog onduidelijk. Maar de boodschap lijkt over te komen. Volgens Witte-Huiswoordvoerder Scott McClellan gaat de thermostaat in het Witte Huis straks „minstens één tot twee graden omlaag.” Men zal ook zuiniger omspringen met de verlichting.

Minister van Financiën John Snow gaf afgelopen week een ander voorbeeld. Hij nam de trein van Washington naar New York in plaats van -zoals gebruikelijk- het vliegtuig. Het kabinet zit nog niet op de fiets, maar Snows voorbeeld is een goed begin.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer