Binnenland

Ombudsman wil minder cynisme

DEN HAAG (ANP) - De nieuwe Nationale Ombudsman, A. Brenninkmeijer, wil tijdens zijn ambtstermijn het cynisme in Nederland terugdringen en het vertrouwen tussen de burgers en de overheid verbeteren. „Burgers serieus nemen, hun klachten goed onderzoeken en ondeugdelijke zaken aanpakken, kan daarbij helpen”, aldus Brenninkmeijer.

4 October 2005 08:25Gewijzigd op 14 November 2020 03:01
BRENNINKMEIJER ...ondeugdelijke zaken…
BRENNINKMEIJER ...ondeugdelijke zaken…

De maandag aangetreden opvolger van R. Fernhout noemt het tanende vertrouwen en het onderlinge cynisme tussen bestuurders en burgers een van de belangrijkste problemen van de maatschappij. „Dit houdt enerzijds in dat de burger ongeïnteresseerd raakt en zegt: De overheid doet maar, terwijl anderzijds de overheid soms zozeer met zichzelf bezig is, dat-ie de burger links laat liggen. Dat is een heel gevaarlijke situatie, waarbij iedereen langs elkaar heen gaat. De ombudsman kan zeker niet al deze problemen oplossen, maar we spelen hierin wel een rol.”Zijn voorganger heeft volgens Brenninkmeijer (54) overigens al uitstekend werk verricht om de relatie tussen burger en overheid te verbeteren. Brenninkmeijer wijst op recent onderzoek, waaruit bleek dat ministeries inmiddels beter communiceren. „Dat komt onder meer door onze kritische rapporten. Maar er valt nog het nodige te verbeteren. Ik gebruik zelf graag de voorbeelden van de provincie Overijssel en UWV. Als die een bezwaarschrift ontvangen, reageren ze binnen enkele dagen telefonisch. De mensen waarderen dat enorm, terwijl het voor die instanties een kleine moeite is. Eigenlijk zouden alle overheidsinstanties zo moeten werken.”

Brenninkmeijer, gepokt en gemazeld door twintig jaar ervaring binnen de rechtspraak in Nederland, beschouwt het als een eer dat hij nu zes jaar lang de Nationale Ombudsman is. „Het is een unieke functie in Nederland, in die zin dat er op dit niveau niemand is die door de Tweede Kamer benoemd wordt. Volgens de Grondwet is de ombudsman een hoog college van Staat, net als de Raad van State en de Rekenkamer”, doceert Brenninkmeijer. „Constitutioneel heeft de Nationale Ombudsman daarmee een vrij zware positie.”

De in 1951 in Amsterdam geboren hoogleraar staats- en bestuursrecht moest gewoon solliciteren voor zijn nieuwe baan. Brenninkmeijer moest eerst langs een topzware sollicitatiecommissie, bestaande uit de vice-president van de Raad van State en de presidenten van de Algemene Rekenkamer en de Hoge Raad. In de tweede sollicitatieronde werd hij aan de tand gevoeld door de vaste kamercommissie voor binnenlandse zaken en koninkrijksrelaties. Vervolgens werd hij benoemd door de Tweede Kamer.

Brenninkmeijer hamert op zijn onafhankelijkheid en zegt niet bang te zijn om zaken te onderzoeken die bij politiek Den Haag gevoelig kunnen liggen. „De ombudsman kan op eigen initiatief een onderzoek instellen. Ik noem als voorbeeld de zaak van Cees B., die ten onrechte werd veroordeeld wegens de moord op het Schiedamse meisje Nienke Kleiss. Als burger moet je erop kunnen vertrouwen dat het openbaar ministerie de waarheid en niets dan de waarheid produceert.”

Een eigen onderzoek van de Nationale Ombudsman in de zaak van Cees B. is vooralsnog niet aan de orde, maar: „Ik vind dit een buitengewoon ernstige zaak”, aldus Brenninkmeijer. „Buitengewoon ernstig omdat het de kern van de rechtsstaat is dat je op het OM kunt vertrouwen. Zoiets kan ieder van ons raken. Als ik vanavond dit gebouw uitloop en ik voldoe aan een vage identiteitsbeschrijving in verband met een strafbaar feit, dan ben ik degene die opgepakt word. En dan ben ik er afhankelijk van of dat onderzoek zorgvuldig is en of het beantwoordt aan de rechtstatelijke eisen. Het raakt ieder van ons.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer